Afgelopen weekend had ik alleen duiven mee op de vitesse. Ze waren moe en daarom wilde ik ze een makkelijkere vlucht voorschotelen. Met die harde westenwind zijn wij hier vaak niet bij de betere, op zowel de vitesse als de dagfond.

Ik mis nog een duivin en één duivin was lichtjes tegen de draad gevlogen. Eén doffer kwam zwaargewond terug en dat is helaas einde verhaal. We zien dat vaak met zo’n hevige wind.

De jongen krijgen een weekje rust, want daar heerst adeno. Ze zijn al goed opgeleerd, dus daar maak ik me verder geen zorgen om. Dit is één van de redenen waarom ik daar graag vroeg mee begin. Tegen dat de wedvluchten beginnen hebben ze alle kinderziektes al achter de rug.

Referenties

Roel Strijker uit Hardinxveld-Giessendam won tegen 10.975 duiven de 1e en 7e prijs in afdeling 5 Zuid-Holland van Arras- Grévillers. Hij deed dit met twee duiven uit rechtstreekse Embregts-Theunis duiven.

Na het vliegseizoen gaan de jongen waarmee ik gevlogen heb, maar die ik zelf niet kan plaatsen, naar anderen. Roel kweekte daar nu zijn 1e en 7e uit. Hij is niet de enige die daar al NPO-winnaars uit heeft gekweekt. Ze hebben tenslotte dezelfde genen als de duiven die ik wel op mijn vlieghok heb geplaatst.

Pieter Timmer uit Hardinxveld-Giessendam won op zijn beurt de 1e NPO in afdeling 5 Zuid-Holland van Châteauroux. Ook hij gebruikt sinds enkele jaren onze mengelingen en bijproducten en liet weten daar erg tevreden over te zijn.

Ik heb toch maar besloten om geen duiven op de dagfond te zetten. Heel veel afdelingen spelen in op het slechte weer en korven later in, aangezien er meer kansen zijn op de maandag. Zelf denk ik dat het zondag al wel kan.

Zoals gezegd ogen de duiven vermoeid, vandaar dat mijn buurman en ik hebben besloten om alleen de vitesse te spelen en ze niet weer meerdere nachten in de mand te laten zitten.

Persoonlijk vind ik deze dagfond en die over 2 weken – beide tegen de 700 km – wat te zwaar voor de duiven. Vooral voor de jaarlingen in het tot nu toe zo zware seizoen. Mijn kansen waag ik daarom op de laatste twee vluchten van 550 km.

Zoals bekend speel ik niet voor kampioenschappen, enkel voor kopprijzen. Mijn verbazing is nog altijd groot dat er liefhebbers bij de nationale hokkampioenschappen staan die in hun eigen afdeling niet eens in de eerste 50 voorkomen. In wat voor zwak spel spelen die dan?

Wij moeten de punten uit Rayon 2 halen, maar de eerste 10 daar staan ook bijna altijd bij de eerste 20 van de afdeling. Dan speel je tegen sterke concurrentie. De meeste kampioenschappen op nationaal niveau hebben dan ook geen enkele waarde meer. Om over de Grootmeesters nog maar te zwijgen.

Hier zijn het overwegend jaarlingen en daar ben ik toch wat zuiniger op, zodat ik volgend jaar wat meer tweejarige heb voor de dagfond. Daarbij komen er in Brabant haast geen duiven meer op de dagfond, amper 1.500. Ook op de eerste overnachtvlucht slechts 1.500 duiven.

De jongen zijn gisteren op 30 km gelost, verder rijd ik er niet mee. Daar gaan ze nog wel meerdere keren heen. Ik ben nu ook begonnen met trainen met de vlag aan huis, ze moeten dat een uur volhouden. Ook dat moeten ze leren, vandaar dat ik niet elke dag rij.

Het zijn dus drukke tijden hier en dan willen er vaak nog mensen langskomen. Sorry, maar in het vliegseizoen heb ik daar echt geen tijd voor.

Mijn felicitaties ook nog aan combinatie Nielen-van Rossum uit Loenen aan de Vecht. Zij wonnen de Grand Prix vlucht vanuit Melun. Op 3 mei wonnen ze ook al een 1e prijs in Afdeling 7. Hun duiven doen dat op zowel onze mengeling als bijproducten.

Zwaar seizoen

Heel wat mensen laten me weten dat hun duiven vermoeid raken. Zelf zie ik dat ook aan mijn duiven. Ze hebben een zwaar voorjaar achter de rug, met telkens oost tot noordoost in de wind.

De eerste dagfondvlucht zaten ze 4 nachten in de mand en de vlucht erop moesten ze door onweersbuien heen. Tja, dan raken ze vermoeid. Thuishouden is dan eigenlijk de beste optie.

Zoals het er nu uitziet wordt het weer maandag voor onze afdeling, dus weer 4 nachten mand voor pas de tweede dagfondvlucht. Ik geef mijn betere duiven daarom mee op Pont-Sainte-Maxence (285 km). Slechts een klein groepje gaat naar de dagfond (635 km).

Wij vliegen nu 671 en 700 km voor de verste afstand in onze afdeling, omdat we samen met Zeeland worden gelost. Dat is bijna 85 km overvlucht. Ik vind dat te gek met zo’n zwaar seizoen. Zou het kopwind zijn, dan is dat elke keer 10 uur vliegen. Voor de kleinere liefhebber is dat niet te doen (en dat is nu eenmaal 97% van het ledenbestand in Brabant).

Jonge duiven

De jonge duiven hebben het ook niet altijd makkelijk. Bij het opleren staat vaak een harde wind en dan vliegen de onervaren jongen ver door. Vervolgens hebben ze het moeilijk om terug te keren. Links en rechts zijn er dus al de nodige verliezen.

Natuurlijk kweken we er allemaal teveel en zijn we de laatste jaren steeds minder selectief gaan kweken. Toen er nog gepoold werd op duiven kweekten we er minder, selecteerden we harder en waren er als gevolg minder verliezen. Ik zie dat nu ook bij de oude duiven. Mijn beste jongen van vorig jaar doen het weer goed en de kladvliegers zijn weer kladvliegers.

Ik speel al heel lang goed met jonge duiven, dat is tenslotte mijn favoriete spel. Wie zich daar niet meteen laat zien is eigenlijk het doorhouden niet waard. Dat wil echter niet zeggen dat ze ook niet geschikt zijn voor de kweek. Vaak beter zelfs dan hun goed presterende broers of zussen. Maar goed, alles aanhouden en testen op de kweek kan ik ook weer niet.

De lucht was onstabiel, maar toch ben ik blij dat ze de duiven hebben gelost.

Voor mij werd het opnieuw top 10 NPO met Witbuiks Queen uit Young Witbuik x dochter Super Rossi. Zij won afgelopen maandag ook top 10 NPO, nu dus voor de zesde keer. Hiermee behoort ze tot het lijstje uitzonderlijke duiven.

Mijn buurman pakte ze ook goed en had er zelfs twee in de top 10 NPO. Wij doen veel op dezelfde manier en leren onze duiven altijd samen op. De 710 van mijn overbuur stond ook in de top 10 NPO, dat is een rechtstreekse Embregts-Theunis uit King Zoran Davy Tournelle x Alluette (uit zoon Uranus De Bruijn x Olympic Millennium).

Richard van de Haterd won op zijn beurt top 10 NPO in Oost-Brabant met een duif uit de koppeling zoon Uranus x zus Super Daisy (dochter Super Rossi). Voor deze duif is dat de tweede keer top 10 NPO. Kortom, ook op andere hokken presteren ze goed.

Onze felicitaties ook aan alle andere gebruikers van Embregts-Theunis producten, zowel de mengeling als de bijproducten. We lezen dit wekelijks terug in Het Spoor der Kampioenen en zijn daar best trots op.

Jeugdlid Quinten de Pijper won heel knap de 1e prijs in Brabant 2000 en dat op 17-jarige leeftijd en pas een jaar duiven. De broer van de Gebr. van Belzen won de 1e prijs tegen ruim 10.000 duiven in de sector. Ook zij gebruiken Embregts-Theunis producten.

Jonge duiven

De jonge duiven hebben het vrijdag voor het eerst zwaar gehad tijdens een opleervlucht. Ze deden er 2 dagen over om één voor één terug te keren. Zo’n 10% bleef uiteindelijk weg, maar zoals gezegd zijn het niet allemaal goede en moeten we ons bezighouden met degene die wel thuis geraken.

Daarbij geef ik wel de voorkeur aan jongen die dagen nadien op eigen kracht terugkeren. Wie dezelfde dag al ergens anders binnenspringt, daar heb ik het niet op. Die lijken dat te blijven doen zodra ze het even moeilijk hebben.

De jongen die na dagen zoeken magertjes thuiskomen moeten na enkele dagen weer hersteld zijn. Die krijgen hier dan ook volle bak en worden in een leegstaand hok geplaatst.

Al met al hier geen excuses, zoals: “Ik heb de duiven nog niet kunnen opleren”. Ja, ik neem daar elk jaar de nodige risico’s mee, vooral met duiven die pas eind april zijn gespeend, maar ze zijn er de eerste wedvlucht wel altijd 100% klaar voor.

Mij zal je nooit tussen het rijtje klagers zien staan die altijd excuses weten te vinden om hun jongen niet op te leren. Diezelfde groep gaat vervolgens mopperen op sociale media, met kreten als: “Ik ga naar de nalijn” of “De vluchten komen te vroeg”.

La Souterraine

Voor La Souterraine ben ik nog niet zeker wie wel/niet meegaat. De wind zal vanachter staan, maar ik merk aan de duiven dat ze moe zijn van het zware seizoen tot nu toe. De meeste betere duiven gaan denk ik op de vitesse mee. Laat ze het daar maar een keer wat makkelijker hebben, dat is goed voor hun zelfvertrouwen.

Het leek ons vanochtend (donderdag) een goed idee om met de jonge duiven op pad te gaan. Eenmaal onderweg naar de losplaats stonden de ruitenwissers niet stil. Mijn overbuur – die ze wegbracht – belde dat het op de losplaats ook nog stond te miezeren.

Ik zei: “Als het zicht open is, los je ze maar op 20 km”. De duiven vertrokken goed en kwamen in de regen allemaal weer thuis. Zoals gezegd heb ik meer schrik van zon dan van regen. Daarbij krijgen ze tijdens de wedvluchten natuurlijk ook gewoon met buien te maken.

Iemand vroeg of de duiven die maandag thuiskwamen nu weer de mand in gaan. Ja, hier gaat alles gewoon weer mee. In het verleden hield ik ze na zo’n lang weekend wel eens thuis en dat beviel eigenlijk altijd slecht. In een week als deze komen ze aan huis bijna niet los. Trainen doen ze in deze fase van het seizoen maar op de vluchten.

Ook ik raak elke week duiven kwijt en zeker niet altijd de minste. Dat is duivensport; we moeten het doen met degene die overblijven. Deze week bracht de dierenambulance er nog eentje thuis, een organisatie waar ik veel respect voor heb. Ze was tegen de draden gevlogen met flink wat letsel als gevolg. Zo sneuvelen met die harde wind van afgelopen weekend heel wat van onze duiven.