Het tij valt niet te keren

De duivensport staat op omvallen en dat tij valt niet te keren. Een Chinese liefhebber vroeg me onlangs hoe lang er nog duivensport is hier. Vele lijken ook plots te gaan verkopen, zelfs mannen als Koopman stoppen ermee.

Men kan hier weinig aan doen en is daar ook helemaal niet mee bezig. Alle pijlen staan momenteel gericht op de Olympiade en wat minder op het bewerkstelligen van een mooie toekomst voor onze geliefde hobby.

Mocht ik wat te zeggen hebben, dan zou ik beginnen met vroeger starten, namelijk in april. Haspel eerst zeven vitesse vluchten af, daarna de midfond en de dagfond. Bij de dagfond zou ik minstens drie nationale of sectorconcoursen vervliegen. We hebben gezien dat dit leeft onder de leden, daarom zou ik hier beter op inspelen.

De eerste prijsvlucht voor de jonge duiven start dan in de derde week van juni. Ook daar drie mooie vluchten met een klassieker boven de 400 km. Het liefst in augustus, dan is er een grotere deelname. Ook hiervoor geldt dat het verleden heeft aangetoond dat dit leeft onder de liefhebbers.

De natour zou ik volledig schrappen, want de meeste oude duiven worden al in het programmaspel op totaal weduwschap gespeeld. Dit scheelt ook een hoop werk voor de inkorvers. We beschermen zo ook het jonge duivenspel (want meer duiven in concours), wat ooit het mooiste spel binnen de sport was.

In plaats van de natour zou ik taartvluchten organiseren, waarop men de niet-verduisterde late jongen of overnachtjongen kan invliegen van begin september tot de derde week van oktober.

Ik denk dat we zo de duivensport aantrekkelijker kunnen maken voor de leden die er nog zijn.

Men praat nu over 2027 als het gaat om het samenvoegen van de afdelingen. Goede bestuurders slaan spijkers met koppen en zouden zoiets uiterlijk 2025 doordrukken. Nu bekruipt mij hetzelfde gevoel als met dat vliegprogramma voor 3 jaar vastleggen.

Ik schaar mezelf onder de jeugdleden, maar in 2027 ben ik wel degelijk 60 jaar oud en ga ik het vast ook wat kalmer aan doen. In de duivensport moet je geen dingen jaren vooruitplannen.