De jaren tikken door

Ik herinner me de ‘soepjaren’ begin jaren ’90 nog goed. Ik noemde ze zo omdat ik er een hele gaarkeuken op nahield. Ieder vrij moment plukte ik dovennetel. Althans, de toppen ervan. Die werden ingevroren en op vrijdag, zaterdag en dinsdag kookte ik daar soep van en gooide daar nog ui, knoflook en een paar lepels honing bij. De duiven kregen dit de dag erna te drinken.

Tevens gooide ik ui, een bol look en een paar lepels bruine suiker met een half glas jenever in een fles. Dit liet ik enkele weken trekken. De duiven kregen hiervan een paar keer per week één eetlepel op 1 liter water, samen met de destijds befaamde roze conditiemix van De Hond.

In het hok hing een panty met daarin een gesneden bol ui die wekelijks werd ververst. In de broedschalen gingen heide en dennennaalden.

Jaarlijks reed ik naar Van Camp in Boechout om de toenmalige Championsmix te laten mengen in jute zakken van 50 kg. Ik nam telkens 1.000 kg mee terug in de aanhanger. Angstvallig om het anderen te vertellen, werd in reportages vermeld dat ik ‘andere mengelingen’ voerde. Zo nu en dan reden we naar Zeeland om bij de fabriek duivengrit met anijs en zakken met gebroken pikkoeken te halen.

De weduwnaars werden direct na de vluchten gewassen in warm water en sliepen ‘s nachts in huis bij de verwarming in een duivenmand.

De duiven kwamen om te scheuren. Mijn doelen: de midfondvluchten bij de oude en de jonge duivenklassiekers. Op de midfond werd ik 2e hok oud in de afdeling achter de mannen Wijnings, die in die jaren onverslaanbaar waren. Op de jonge duivenklassiekers stond ik in de toenmalige ZNB tegen liefhebbers van Oost Brabant, Brabant en Zeeland jaarlijks bij de kampioenen en won ik vaak teletekst.

Ik herinner me ook dat er na het seizoen een vlucht georganiseerd werd in een ander dorp. Een beetje het idee van de Ronde van België: je mocht op twee vluchten zeven duiven inzetten en tijdens het inmanden werden de losplaatsen bekendgemaakt. Daar ging ik dan op af met veertien van mijn beste verduisterde jongen van dat jaar.

Ik won van beide vluchten de eerste zeven prijzen en werd op het matje geroepen. Ik mocht van beide maar één prijs uitzoeken, anders hadden de overige deelnemers geen prijs en was ik die avond alleen op de prijsuitreiking.

In die jaren kreeg ik door mijn harde spel met de jonge duiven drie opeenvolgende jaren dopingcontroles. In 1997 toen ik de 1e ZNB Bourges won met minuten los vooruit. In 1998 werd ik weer 1e, 3e en 6e ZNB Bourges en in 1999 won ik de 5e ZNB Bourges.

In de winter hield ik twaalf kweekkoppels en achttien weduwnaars. Dat aantal werd na zo’n acht vluchten teruggebracht naar zes, maar dat waren dan wel echt goede duiven.

De resultaten werden behaald op basis van harde inzet en natuurlijke middelen. Later kwam ik te weten dat ik in die jaren mijn ogen niet goed open had. Er waren namelijk hokken die destijds uitblonken met knaluitslagen die al jaren de druppels van Peeters gebruikten. Die duiven ruiden niet en waren een heel seizoen kerngezond. Mocht ik dat destijds geweten hebben, dan had ik ze vast ook gegeven.

De fanatiekste jaren van een duivenmelker zijn de jonge jaren. Na je 40e wordt je fanatisme minder, althans bij mij wel. Ik heb dit ook bij anderen gezien die in hun jonge jaren tweemaal zo hard presteerden als nu of zelfs helemaal niet meer presteerden toen ze eenmaal met pensioen gingen.

Het draaide vroeger ook al om goede duiven. Er werd stevig gepoold en hard geselecteerd. Kostgangers of duiven die maar een beetje in elkaar zaten, verwijderde ik meteen zonder naar de afstamming te kijken. Ziek konden ze eigenlijk niet worden, daar selecteerde ik te hard voor.

Ook toen al was ik zuinig op teletekstduiven. Verkocht werden die zelden, omdat ik teveel respect had voor hun prestaties. In de jaren daarna heb ik daar nooit spijt van gehad.

Bij Jan is ook stevig geboden op zijn vier nationale Asduiven, maar tevergeefs. Zij zijn niet te koop, net als Super Rossi, Olympic Millennium, Fast Rocket etc. Wij hebben de beste duiven zelf nodig om onze hokken naar een nog hoger niveau te tillen.