Het was even schrikken. Ik bracht gisteren de jonge duiven weg op zo’n 20 kilometer van huis. Onderweg naar de losplaats viel er wat motregen, maar daar kijk ik niet naar als ze eenmaal in de mand zitten.

Ik loste ze weer één voor één en halverwege klaarde het iets op. Toen ik thuiskwam zaten er twaalf duiven binnen. Een dik uur later 20 van de 155 en toen zaten we al kort aan de middag. Het ging steeds harder waaien en de temperatuur liep stevig op. In mijn hoofd was het al een verloren jaar.

Toch begonnen ze om de paar minuten te arriveren, dat ging zo de gehele middag door. Ze hadden vreselijk veel dorst en kwamen van alle kanten tot laat in de avond thuis. Ik denk nu nog iets minder dan 10 kwijt. Ze zijn dus taai en kunnen wel tegen een stootje.

De jongste exemplaren zijn eind maart gespeend en hebben een andere kleur knijpring om. Ook daarvan zijn de meeste inmiddels thuis.

De jonge duiven gaan hier hele dagen los en vliegen vaak met deze temperaturen halverwege de middag hoog in de lucht. Ik denk niet dat ze daar minder om zijn en dat ze goed om kunnen gaan met deze warmte.

Twee weken voor de eerste prijsvlucht gaat het regime erop en vliegen ze eenmaal daags één uur verplicht. Tot die tijd mogen ze genieten van hun vrijheid en doen en laten wat ze willen.

Overmorgen pakken we de duiven weer in voor Melun (351 km). Normaal gesproken gaat de gehele vliegploeg gewoon mee.

Thuishouden voor de dagfond om de duiven bijvoorbeeld nog een kuur te geven, doe ik nooit. Hier trainen de duiven in het vliegseizoen eenmaal daags en dat op maandag, dinsdag en woensdag. Kortom, 3 trainingsuren per week. Ze worden dan wel elke week ingekorfd om hun conditie op peil te houden.

Over de prestaties van afgelopen weekend ben ik niet geheel tevreden, ik moest immers 2 minuten wachten op mijn tweede duif. Daarbij hield een boven het hok draaiende roofvogel een groep duiven buiten. Desalniettemin werd ik met 63 duiven mee 1e Grootmeester, dus het zal bij een ander niet veel beter zijn gegaan. Wel een hoop kruisende duiven onderweg doordat bijna heel Nederland op hetzelfde tijdstip loste.

De jonge duiven gaan ook vandaag weer op pad, het weer is nog goed dus daar maak ik maar gebruik van. Ik hoor best wat verontrustende verhalen over veel dode jonge duiven in Nederland en België, ondanks dat ze de rota-enting hebben gehad.

Hier gaat vooralsnog alles goed op het jonge duivenhok, elke dag krijgen ze ’s ochtends net als mijn overige duiven Origanum Red en Champions Mineralenmix over het voer.

Vanochtend heb ik de jonge duiven weer eens weggebracht. Ik was ze één voor één aan het lossen en telkens dook er een roofvogel achter. Kreeg hij de ene niet te pakken, dan probeerde hij het wel bij de andere. Uiteindelijk gaf hij het op.

Los je ze één voor één, dan valt het nog niet mee voor zo’n beest om een duif te pakken. In een net geloste groep jonge duiven heeft hij meer kans door een verassingsaanval uit te voeren.

Het waaide stevig met dreigende onweersbuien en warmte. Ik was benieuwd of het goed zou aflopen, maar eenmaal thuis liep het hok goed vol.

De duiven raken niet zo snel in paniek wanneer je ze gelijk alleen leert vliegen. De afstand maakt dan niet uit, het gaat erom dat ze alleen leren oriënteren. Een ander voordeel is dat je ze allemaal even door je handen krijgt en ziet hoe ze erop staan.

Vorig jaar gaf ik ze een cijfer na de eerste keer wegbrengen, zodat ik na het seizoen kon zien of ik het bij het juiste eind had. Wat bleek is dat sommige met een hoge score het goed hadden gedaan, maar veel ook niet. Bij de lage scores zaten jongen die nadien mijn beste bleken te zijn.

Kortom, in de hand jongen selecteren voor de vluchten is erg moeilijk en raad ik niemand aan. Duiven waarbij ik had vermeld dat ze wat openstonden, waren nadat ze na het seizoen eenmaal ingeruid waren, gewoon gesloten. Jonge duiven kunnen in enkele maanden tijd dus veel veranderen.

Zo had ik het met Oliver Sabol nog over dat aanwijzen. Ik neem mijn petje af voor Bas Verkerk die al twee opeenvolgende jaren de Gouden Duif wint. De 1e, 2e en 3e getekende uit een massa duiven halen is niet eenvoudig.

Mij lukt het niet snel, het zijn elke keer andere die hun neus aan het venster steken en vaak duiven waarvan ik het uiteraard niet had verwacht. Oliver Sabol ervoer dit ook zo en die woont haast in het duivenhok, dus hem ontgaat ook niets.

Dit vliegseizoen zit nog vol vraagtekens voor mij. De duiven komen de ene week vroeg, de andere week laat en omgekeerd. Hier nog geen vaste duiven, de beste jaarlingen van afgelopen jaar laten zich nog niet zien.

Tot op heden wel elke week top 10 in de afdeling, dus er valt telkens wel een vroege duif, maar ditmaal moest ik 2,5 minuut wachten op mijn tweede. Binnen een kwartier na mijn eerste duif had ik er 42 thuis.

Tegen 16.023 duiven in Brabant 2000 werd het de 3e, 37e en 39e prijs. Van de 63 duiven mee 51x prijs 1:4 en 38x per tiental. In het rayon greep ik nét naast de 1e prijs. Ditmaal dus niet het geluk aan mijn zijde, maar dat hoort er allemaal bij.

Vereniging

In de vereniging won ik voor de derde keer dit jaar de 1e prijs tegen 912 duiven, ditmaal met een jaarling duivin uit Avatar. Haar broer was mijn derde duif en mijn tweede komt uit het Gouden koppel.

Verder was er nog een grapjas die het leuk vond om een vroege melding van mijn 86-jarige schoonvader op Compuclub Live te zetten. Schijnbaar kunnen anderen hier dus spooktijden plaatsen als ze je lidnummer weten. Compuclub Live is een aanfluiting als Jan en alleman zelf duiven kan melden.

Het live systeem van BENZING Live werkt ook voor geen meter bij onze verenigingsleden, ze worden pas doorgezet wanneer er in de vereniging is afgeslagen. Waar zit de fout? Joost mag het weten, maar telkens als er een update is, loopt het in de soep. Vroeger kon men middels rooksignalen de duiven nog eerder gemeld krijgen. Dat is nu de techniek van tegenwoordig.

Gisteren zijn de jonge duiven voor de derde keer weggebracht. Ik loste ze op een plek waar 30 jaar geleden de hele straat vol stond met duivenmelkers die er hun duiven losten. De meeste reden op hun bromfiets met een mandje achterop.

Haast iedereen loste de duiven toen één voor één, de meeste hadden er ook niet meer dan 20 bij. Ik richtte de jonge duiven vaak samen met Willem van Peer af. Hij had geen rijbewijs en reed dus vaak met mij mee.

Wij losten de duiven ook één voor één. “Het draait om de goeie”, zei Willem altijd. Daar had hij gelijk in, natuurlijk. Veel duiven waren niet aan hem besteed, datzelfde gold voor medicatie. Willem zocht tijdens het lossen in de slootranden naar dovenneteltoppen om die vervolgens af te koken en met een lepel honing aan de weduwnaars te geven bij thuiskomst.

Kuren was destijds niet echt nodig, het waren meestal één nacht mand vluchten. De kwaliteit en gezondheid van de duiven was hoger wegens de strengere selectie in verband met het poulen op de duiven. De duiven van Willem sliepen na een koude voorjaarsvlucht in manden bij de kachel in huis.

De meeste van die stoet liefhebbers die in datzelfde laantje loste op amper 10 km van huis, kende ik. Ze kwamen uit hetzelfde dorp St. Willebrord waar enorm gespeeld werd op de vitesse en midfond vluchten. Ook werd er stevig gegokt op de duiven.

Willem is al een tijd niet meer onder ons, evenals die stoet fanatieke liefhebbers van toen. Gisteren stond ik in mijn eentje te lossen in dat ooit zo populaire laantje. De laatste vereniging in St. Willebrord is vorig jaar opgeheven, een bolwerk van ruim 350 leden 30 jaar terug. Tijden veranderen snel, het is een kwestie van op zijn tijd genieten en niet alleen van je duiven.

Ik groeide op in St. Willebrord en was als klein mannetje van amper 8 jaar oud erg onder de indruk van alle duivenhokken om me heen en de klapperende weduwnaars die glansden als pauwen van de natuurlijke gezondheid.

Sommige van die duivenhokken van 45 jaar terug staan er nog steeds, maar er zitten geen duiven meer in. Nu heeft iedereen BENZING Live of een andere meld app, maar destijds was men op de hoogte van de vroegste duiven door de vele 27 MC zendbakken die in elk huis stonden.

Qua beleving vond ik het in de jaren ’80 en ’90 wel een stuk plezanter en gemoedelijker om duiven te houden.