Onlangs kreeg ik dit bericht binnen:

“Peter, your pigeons have done fantastic here in North America for myself and others. My best breeder to date is daughter Golden Cannonball.”

Het is altijd leuk om positieve berichten te ontvangen. Dit keer van de Canadees Steve Seamans, die hier enkele jaren geleden duiven haalde.

Vandaag is weer de prijsuitreiking van De Duif, hoewel het tegenwoordig meer op een meet and greet lijkt.

Het is fantastisch dat Combinatie Verbree zichzelf weer opvolgt, een sympathieke man ook die Co.

Daarnaast vind ik het bewonderenswaardig dat Jan Hermans er ieder jaar weer een topaangelegenheid van weet te maken.

Persoonlijk denk ik wel dat wanneer de uitslagen bij Compuclub gehaald zouden worden, we een heel ander beeld te zien krijgen.

Ik zie namelijk vaak dat kleine liefhebbers regelmatig hun eerste drie getekende duiven vroeg pakken, maar niet de moeite nemen om dit in te sturen. Eigenlijk zoals het vroeger bij WHZB ging en vandaag de dag nog steeds gaat bij de Olympiade.

Als de punten door Compuclub verzameld zouden worden en er niet ingestuurd hoefde te worden, zou men een heel ander beeld te zien krijgen.

Op die manier kan men ook gelijk zien wat ik bedoel met goede duiven zitten tegenwoordig overal. Een groot aantal kleinere hokken speelt gigantisch, maar hier wordt simpelweg nooit over geschreven.

Reportages in De Duif

Hetzelfde had ik bij De Duif. Het is dat Ad Schaerlaeckens ooit een reportage geschreven heeft, anders had ik er nooit ingestaan. Dit terwijl ik al een half leven lid ben.

In 1997 won ik de 1e Nationaal Bourges. Eigenlijk was dit seminationaal, maar toen telde de ZNB ook Zeeland, Oost-Brabant en Brabant 2000 mee. Ludo Claessens werd met ruime afstand 2e en daar stonden drie bladen over vol in De Duif, terwijl mijn naam niet één keer genoemd werd.

Het gekke is dat ik het jaar erop hetzelfde kunstje flikte door de 1e, 3e en 7e te winnen van Nationaal Bourges. Ik meen dat Ludo toen net buiten de top 10 viel. U raadt het al: enkele pagina’s vol over Ludo en mijn naam werd wederom nergens vernoemd.

Op dit moment had ik eigenlijk mijn lidmaatschap op moeten zeggen, maar dit heb ik niet gedaan.

Het is wellicht overbodig om te zeggen dat ik in 1999 de 5e Nationaal Bourges won en gecontroleerd werd op doping, samen met nog drie andere hokken in de verzamelloods van Brabant 2000. Ik en nog iemand anders gingen vrijuit, de andere twee kregen een lange straf.

Dit werd ook breed uitgemeten in De Duif, maar dat ik die dag de 5e won??? Daar werd weer niets over vermeld.

Commercie in de duivenbladen

Wat ik dus aan wil geven is dat bijna alle reportages in de duivensport tegenwoordig te maken hebben met commercie en niet zozeer met presteren, al vind ik dat Het Spoor der Kampioenen en het door Natural Granen uitgegeven duivensportmagazine Duifke Lacht daar gelukkig nog niet zo aan meedoen.

Hoewel ik vind dat ook daar NPO winnaars een belachelijk kleine reportage krijgen, vaak nog kleiner dan iemand die een 1e wint in zijn rayon. De meeste liefhebbers lukt het hun gehele carrière niet om een NPO concours te winnen, dus waarom wordt hier niet wat meer aandacht aan geschonken?

De roofvogel heeft de eerste jongen van het jaar alweer opgegeten, dit is een jaarlijks terugkomend probleem.

Eigenlijk zou ik de eerste weken gewoon bij de duiven moeten blijven als ik ze uitwen, maar dat valt niet altijd mee. Als je eventjes weg bent is het raak, een roofvogel loert hier gewoon op.

Verzorging

Dit weekend worden de eerste jongen ingeënt, dan is dat ook weer achter de rug.

Verder om de dag Naturaline en alle ramen open bij zowel de jonge als oude duiven, dit om de weerstand te bevorderen en zwakkelingen te ontdekken.

Laatst was ik bij Willem de Bruijn en ook hij hanteert het systeem van geen plafond en veel open ramen voor frisse lucht.

De standen van WHZB & PIPA Rankings

Op mijn vorige berichten ontving ik de onderstaande reactie:

“Het zijn niet alleen de standen van WHZB die niet deugen, kijk ook maar eens naar de standen van de PIPA Rankings. Hier deugt helemaal niets van, vooral bij de jonge duiven.”

De beste man heeft gelijk. Ik zeg het vaker: de kampioenschappen van je eigen samenspel lijken nog de enige juiste graadmeter.

Geen enkele buitenlander snapt iets van deze kampioenschappen. Je kunt kampioen zijn over alle vluchten bij bijvoorbeeld Brabant 2000, terwijl iemand die niet eens bij de eerste 50 hokkampioenen kan komen, bij wijze van spreken 60 plaatsen hoger staat bij WHZB.

K. Bosua haalde dit onlangs ook aan en dat is terecht.

Er worden veel huldigingen gedaan en reportages gemaakt bij duivenmelkers die in het seizoen zoek worden gevlogen door andere hokken. Vandaar het onbegrip bij veel buitenlanders die ook alles schijnen te volgen op Compuclub.

Laten we hopen dat er in de toekomst meer gelijkheid komt, het liefst in een A en B spel waarin de groten het met elkaar uit kunnen vechten in spel A en er voor de kleineren een mooi kampioenschap overblijft in spel B.

Af en toe vraag je jezelf af: wie is mijn beste duif op het hok?

Vorig jaar had ik bij de jongen de volgende asduiven:

Fondclub Zuid-Nederland (circa 1.200 spelende hokken):

  • 1e asduif met Harry’s Rocket
  • 2e asduif met Dragon Girl


Fond Union de Blauwe Doffer (circa 650 spelende hokken):

  • 1e asduif met Harry’s Rocket
  • 2e asduif met Capria


Brabant 2000 (circa 1.500 spelende hokken):

  • 1e asduif met Athena’s Rossi
  • 2e asduif met Future Rocket


PIPA Rankings (circa 17.000 spelende hokken):

  • 1e beste jonge duif Vitesse met Maximal Rocket

 

Nu heb ik het nog niet over het samenspel met circa 110 spelende hokken waarbij de eerste 15 asduiven werden behaald.

En de overige uitslagen dan?

Uitslagen in de vereniging of kampioenschappen boeien me niet. Hetzelfde geldt voor 1e prijzen in de vereniging. Ik vind het onzinnig om te vermelden dat je zoveel keer eerst zat met een duif tegen bijvoorbeeld 180 duiven. Er zijn zelfs liefhebbers die vermelden dat ze de 1e hadden tegen 78 duiven.

Om een voorbeeld te geven: één kilometer verderop zou ik kunnen inmanden bij mijn vroegere vereniging. Hier kan ik met gemak iedere vlucht 1e spelen.

Toch mand ik in een ander dorp in, dat voor mij in het oosten ligt. Dit terwijl ik beter in het westen kan inmanden om 1e te vliegen.

Naar mijn mening zit er veel verschil in de mate van concurrentie tussen de verschillende verenigingen.

Zelf zoek ik liever de sterkste concurrentie op, dit is ook leuker voor de andere leden. Het is nooit leuk wanneer één iemand domineert in een vereniging.

Vorig jaar zijn de oude duiven, jaarlingen en jonge duiven super gekomen. Ik durf zelfs te zeggen dat er maar weinig anderen waren met zoveel asduiven in verschillende spelverbanden als hier met de jonge duiven.

Whzb dan? Die moeten eerst eens met eerlijke spelregels komen en niet bij de ene vier en bij de ander 5 vluchten mee laten tellen. Ik snap niet dat ze aan zo’n oneerlijke competitie überhaupt aandacht schenken.

Gewoon de beste asduif over een heel seizoen met een gelijkwaardig vliegprogramma voor iedereen, wat ze nog steeds niet voor elkaar lijken te krijgen.

Om die reden pleit ik ervoor om alle afdelingen in Nederland af te schaffen en het vliegprogramma vast te laten stellen door secties die zich niet laten beïnvloeden door oubollige kiesmannen.

Maar goed, ik dwaal af. Ondanks dat de oude duiven en jaarlingen zo goed gekomen zijn, zitten er toch maar 10 op de 28 vliegkoppels en de rest is jaarling.

Daarbij heb ik geen enkele angst om met jaarlingen het dagfondprogramma aan te gaan. Het gaat om kwaliteit. Ze kunnen het, of niet.