De eerste jongen klimmen uit de bakken, wat meestal het teken is dat ze gespeend worden. Aankomend weekend gaan ze dus naar hun eigen verblijf. Er zit ongeveer drie dagen leeftijdsverschil tussen de jongen.

Ik speen er 40 die de week erop als ze in de bakken gaan vliegen gevaccineerd worden met Colombovac. Dat is gelijk de enige enting tegen PMV. Tweemaal enten is mijns inziens weggegooid geld, alsmede al die adeno, herpes en vermoedelijk ook rotavirus entingen.

Ze worden begin juni nog gevaccineerd tegen paratyfus met een dode entstof van Schroeder. Ook nog tegen pokken. Ditmaal doe ik dat met een enting. Voorgaande jaren deed ik dat met het kwastje, maar door de grote reactie van de plaats van enten stap ik van het kwastje af en kijk ik eens hoe het met een enting gaat.

De pokkenenting met de naald doe ik overigens al jaren bij de oude vliegduiven en late jongen. Hiervoor gebruik ik Diftovac.

Hier krijgen de duiven het gehele jaar eenmaal per week een vitaminen bruistablet op twee liter water, gewoon van de supermarkt. Of dat nodig is weet ik niet, maar ze drinken het graag dus daar ligt het niet aan.

De volgende ronde eitjes gaat waarschijnlijk naar Jan in Friesland. De kweekduiven broeden nu op hun tweede leg. Eieren overleggen doen we al jaren en naar de leeftijd van de eieren wordt niet gekeken. We hebben het al meegemaakt dat ze er onderweg naar Friesland uitgevallen zijn. Het is 2,5 uur rijden, dus ze zijn koud als we daar aankomen maar nog nooit problemen ondervonden.

Zo had ik enkele jaren terug Helgi uit IJsland op bezoek die eitjes mee het vliegtuig in nam. Sommige vielen zelfs uit in het vliegtuig.

Nee, als duiven een uur trainen hoeft men niet bang te zijn dat de eitjes koud zijn en niet uitvallen. Ook als je in de ochtend op het hok komt en je hebt een koppel die van de eitjes is afgelopen door een vechtpartij of wat dan. Ook al zijn ze koud, dat betekent niet dat ze niet uitvallen als ze weer bebroed zijn.

Over de kwaliteit van de jongen die uit eitjes komen die enkele uren koud hebben gelegen hoef je jezelf geen zorgen te maken, daar is niets mis mee.

De secties jonge duiven hebben mijns inziens niets bereikt de laatste jaren. Een vliegprogramma voor jonge duiven dat steeds meer lijkt op het Quiévrain-spel in België, aangevoerd door oostelijk gelegen hokken die hopen dat zij met 200 of meer jongen de boel aan flarden kunnen vliegen. Op vluchten van 140 km met meestal een westenwind is dat in ons land perfect mogelijk.

Ik kan mijn plezier niet halen uit vijf minuten duiven wachten op een vlucht van amper anderhalf uur. Die instapmogelijkheden zijn dan ook gelul als je het mij vraagt. Ik heb meermaals jongen die amper 250 km hebben gespeeld direct op 450 km gezet met goede resultaten als gevolg. De afdelingen moeten er gewoon voor zorgen dat er de eerste weken van het seizoen genoeg opleermomenten zijn om de jongen die verloren zijn gegaan, in te laten springen.

Afgelopen jaar heb ik een liefhebber in eigen vereniging geadviseerd om zijn jongen van 250 km gelijk op Orléans 455 km te spelen. Tot zijn verbazing met een goed resultaat. Bas Verkerk deed dat ook met een deel van zijn jongen die tot dan toe alleen nalijn hadden gevlogen. Ook daar met een goed resultaat.

Wie gaat mij overtuigen dat wanneer een duif gelost wordt, hij of zij precies weet hoe ver ‘ie moet vliegen? Nee, het gaat erom dat je duif in orde is, gemotiveerd is en voldoende brandstof in de tank heeft. Daarna komt het op kwaliteit aan.

We krijgen steeds meer voorzichtige spelers die vroeger alles plat speelden op vluchten boven de 400 km, omdat ze toen echte duiven op hun hokken hadden die er niet voor terugdeinsden om 500 km met het grootse gemak af te raffelen. Desnoods elke week.

Nu schijnen ze niet verder dan 300 km te willen vliegen. Gun een ieder zijn spel, we gaan toch ook niet roepen dat 600 km ver genoeg is om ZLU te spelen op de kortste afstand, omdat ze anders in de hoger gelegen Rayons niet mee kunnen doen?

Waar zijn we met zijn allen mee bezig, vraag ik me wel eens af. Eén ding is zeker: laat er dit jaar in de eerste zes weken maar geen zware vlucht komen, anders zijn er schrikbarend veel jaarlingen kwijt die tot dan toe niet verder zijn gespeeld dan 250 km.

We gaan het beleven, maar de charme van het jonge duivenspel dat ooit in het gehele land de boventoon voerde is gesloopt door mensen met geen enkel belang in de duivensport. Ik heb het vaker aangehaald: de duivensport kalft van bovenaf in en niemand schijnt daar iets aan te willen veranderen.

Gisteren beschreef ik een doemscenario op deze website over de huidige duivensport, maar ik hoop dat ik het niet bij het juiste eind heb en we verder kunnen met een mooie en eerlijke manier van duivensport bedrijven.

De toekomst ligt momenteel op veel plaatsen in de broedschaal. Hier hebben de kweekduiven gemiddeld één week eerder bijgelegd dan vorig jaar, wat vast met het zachte weer te maken heeft. De jongen groeien als kool en de kwekers eten en drinken stevig, terwijl de mest als bolletjes rond de broedschotel ligt. Ik zie dit graag, dat betekent dat de spijsvertering goed is.

Nu heb ik nooit last van spuitende jongen. Of dit door onze mengelingen komt weet ik niet, maar ik zie het simpelweg nooit. En dat terwijl ze open hok hebben en de luchtvochtigheid in het hok enorm hoog is met het weer van de afgelopen dagen.

Ik had het er van de week nog over met Willem de Bruijn die ook slechts één mengeling voert. Het maag-darmstelsel van een duif kan snel veranderen door elke keer van voeding te wisselen. Vooral in het vliegseizoen door telkens van licht naar zwaar voer over te schakelen. Hier krijgen de duiven genoeg, dus kunnen ze kiezen. Ook is de mengeling vetrijk, licht verteerbaar en zeker niet zwaar door teveel eiwitten.

De beste liefhebber van Nederland bij de WHZB geeft onze mengelingen, maar ik las dat de beste vitesse duif WHZB van Nederland ook onze mengelingen eet. Referenties genoeg en teveel om op te noemen, maar sommige grote kampioenen hebben dat liever niet en dat respecteren wij natuurlijk ook.

De enorme populariteit van de Championsmix en NPO-mix is te danken aan de inzet van mijn zoon die het is gaan verdelen en er inmiddels elke dag tot in de late uurtjes werk aan heeft om alles te regelen. Mooi voor hem, zo is hij toch bij de duivensport betrokken.

Verkopen doet het zichzelf door de hoge doorstroom in de winkels omdat het geen seizoen mengeling is. Reclame maken anders dan op deze website doet hij niet, daar zijn de marges op duivenvoer ook niet groot genoeg voor. Het is dus vaak mond-tot-mondreclame van tevreden gebruikers.

Triest nieuws

Wij kregen deze week het bericht dat Frans Fanger plotseling is overleden. Frans runde met zijn broer en later Paloma hun welbekende winkel in Badhoevedorp en was een fijne klant van ons. Wij wensen zijn familie, vrienden en collega’s dan ook veel sterkte met dit grote verlies.

De duivensport zit op een dood spoor. De NPO-voorzitter is straks weg en er is geen degelijke vervanger. Het wordt weer als 25 jaar geleden: stilstaan zonder nieuwe ideeën, de secties weg en met zijn allen weer in de tang zitten bij de kiesmannen.

Het nieuwe nationale vliegprogramma brengt voor mij weinig tot niets en mag van mij best overboord worden gegooid. Laat de afdelingen het zelf maar bepalen. Ik zag dat jonge duiven nog gewoon op de nalijn worden toegelaten. Totale competitievervalsing, als je het mij vraagt.

Waarom zoveel instapvluchten van amper 100 km als er gewoon nog met verduisterde jongen op de nalijn mag worden gespeeld? We zagen dat afgelopen jaar in ons samenspel: amper 400 op het jonge duivenprogramma en meer dan 1.000 duiven weg op de nalijn. Vlieg maar op nationale kampioenschappen als je tegen weinig duiven speelt. Nee, het is duidelijk dat er veel zonder duivenverstand rondlopen.

Mijn hoop is gevestigd op het afdelingsbestuur dat in het verleden amper open stond voor nieuwe ideeën. Ik ben benieuwd wat het ons zal brengen en of daar iemand het verstand heeft om van vier Rayons twee te maken en daar de punten uit te halen in plaats van de krakkemikkige samenspelen. Die hadden ze ook al lang moeten samenvoegen vanwege te weinig leden en deelname op de vluchten, maar ook daarvoor geldt: stilstand en geen knopen durven doorhakken richting de toekomst.

Het 2019 seizoen is op enkele prijsuitreikingen na voorbij. De meeste liefhebbers zitten vol nieuwe plannen voor 2020, ondanks dat er nog geen zekerheden zijn omtrent het vliegprogramma of NPO-bestuur.

Iedere ochtend beantwoord ik eerst mails voordat ik naar de duiven ga. Vaak gaat het over onze mengelingen of over hoe de duiven gezond te houden. Hier bewandel ik zoveel mogelijk de natuurlijke weg door middel van een open hok, jaarrond dezelfde mengeling en om de dag Naturaline. Ik heb alles al eens getest om dingen zelf te ervaren, maar kom altijd weer op de eigen methode terug en dat is de meest simpele.

Die wirwar van mengelingen die beschikbaar zijn: de ene dag dit, de andere dag dat, zoveel van dit en zoveel van dat… De meeste tophokken geven al jaren dezelfde mengeling twaalf maanden per jaar en vaak zijn dat geen eiwitrijke, maar vetrijke mengelingen.

Een kampioen gelooft alleen in goede duiven en niets anders. Niet-kampioenen laten zich van alles en nog wat op de mouw spelden en komen vaak aan het einde van het jaar weer bedrogen uit.

Vandaag heb ik nog een gesprekje gehad met Oliver, de hokverzorger van Lotte Eijerkamp, de beste liefhebber van Nederland. Ook Oliver geeft onze mengelingen en we hebben vaak contact. Hij is een fenomeen in de omgang met de duiven en een echte aanwinst voor de Eijerkamp hokken.

Hier selecteer ik hard en durf ik met gemak echt goede duiven te verwijderen als ze iets mankeren. Sleutelen aan een duif omdat hij ziek is terwijl de rest gezond oogt, doe ik niet. Daarbij heb ik een hekel aan duiven zonder toegevoegde waarde. Als mijn geloof in een duif weg is, kan hij vertrekken.

Stambomen zijn pas mooi als de duif presteert of goede nakomelingen geeft. Duiven van enkele jaren oud kopen met een mooie stamboom op een website is vaak geld wegsmijten, die zijn immers vaak al ergens getest en te licht bevonden.

Mocht ik iets aankopen op een website, dan is het een zomerjong. Een goed voorbeeld is een zaalverkoop, daar kan je ze zelf beoordelen. Nadeel is dat je dan vaak duurder uit bent omdat anderen ook vaak dezelfde mening hebben over een duif en dan wint degene met de diepste zakken.

Aan huis heeft nog altijd mijn voorkeur. Staat de liefhebber of duif mij niet aan, dan neem ik hem niet mee. Dat zou ik ook niet van mensen verlangen die hier een duif halen. Niet naar de zin is gewoon laten zitten.

Ik zag dat Jan Timmermans nog een bon heeft geschonken bij de Friese Fond Club, die staat nu op Toppigeons.