Eind jaren ’90 speelde ik nog samen met mijn zwager en schoonvader en werd ik bestempeld als jonge duivenspecialist. Op die discipline won ik zowat alles wat er te winnen viel in de toenmalige ZNB. In ‘97 won ik met een oostenwind ZNB Bourges en in ‘98 deed ik dat met een westenwind nog eens over.

In ‘99 werd Brabant 2000 opgericht en won ik gelijk het 1e hokkampioenschap jong en de 1e Asduif jong met Iron Man. Toen kwam Bourges en de eerste dopingcontrole. Ik won die dag de 5e NPO. De geruchtenstroom kwam op gang en men dacht dat ik wel door de mand zou vallen, maar nee dus. Het winnen ging door evenals de dopingcontroles die bijna jaarlijks werden uitgevoerd. In 2002 won ik in de FZN zelfs alle Gouden Cracks jong.

Einde Comb. Embregts-Theunis-Bowe

In 2006 eindigde de toenmalige combinatie. Mijn zwager had een duivenallergie en ik was het zat om dagelijks meermaals naar mijn schoonvader te lopen, want daar stonden de hokken. Dat jaar werd niet zonder glans afgesloten met de 1e, 2e, 6e, 8e en 11e Asduif jong in Brabant 2000. Een uitpuilende zaalverkoop volgde, maar er waren maar 50 duiven aanwezig. Meer hielden wij er in de winter niet door.

Diverse kopers mailden mij in de jaren erna hoe super ze waren geslaagd met hun aankoop. Ludo Claessens – een grote jonge duivenconcurrent destijds – was er ook met vriend Sakis. Ludo vroeg me wat ik de beste duivin vond. Ik zei Super Vedetje, een dochter van Iron Man die zelf naar Japan vertrok.

Super Vedetje bracht het jaar erop gelijk de 1e en 3e nationaal Orléans voor Ludo Claessens, die mij diezelfde dag nog dolenthousiast opbelde. Hij vertelde me nooit eerder zo’n duivin te hebben gezien. Revermann uit Duitsland kocht dan weer Le Mans Queen (dochter van de oude Witbuik) die daar voor topnakomelingen zorgde.

Een nieuw begin

Zelf hield ik de nog slecht bevruchtende oude Witbuik, de jonge Asduiven van 2006 en wat zomerjongen aan voor het geval ik verder zou gaan met de duivensport. Op advies van mijn vrouw heb ik in 2007 weer een hok gebouwd en in 2008 won ik gewoon weer meerdere malen teletekst met de jonge duiven.

In 2010 won ik onder meer de 1e, 4e en 8e nationaal Orléans tegen dik 60.000 duiven. De 1e nationaal kwam uit Cannonball, die zelf ook teletekst won. Cannonball kwam uit Rocketeer (in 2006 de 1e Asduif Brabant 2000) x Super Girl (zus van Young Witbuik en in 2006 de 2e Asduif jong Brabant 2000).

De 4e nationaal was Blue Rocket. Hij werd dat jaar 3e Gouden Crack jong en kwam uit Rocketeer x dochter van Fientje van Davy Tournelle. Blue Rocket was een topkweker en werd onder andere vader van de 1e NPO Orléans van A. Smits en de 1e NPO Argenton. Ook is hij vader van Millennium, de duivin van het Millennium koppel en (groot)moeder van meerdere 1e NPO-winnaars waaronder Avatar en Olympic Millennium. De 1e NPO Châlons-en-Champagne bij Jan dit jaar heeft aan beide kanten Blue Rocket als opa.

De jaren 2011 en 2012 volgden met meermaals met vijf jonge duiven op teletekst op de NPO-vluchten. Ook in 2010, 2011 en 2012 werden er dopingcontroles uitgevoerd vanwege het sterke spel met de jonge duiven.

Het oude duivenspel

Vanwege mijn destijds drukke bestaan ontbrak het aan tijd om ook goed met de oude duiven te spelen. Dit veranderde toen ik meer tijd kreeg en mezelf ook daarop toelegde. De monden werden snel gesnoerd en ik was niet langer alleen de jonge duivenspecialist. Het is inmiddels niet meer te tellen hoe vaak ik 1e hokkampioen ben geworden met de oude duiven in Brabant 2000 op zowel de snelheid als dagfond.

Vandaag de dag

Inmiddels ben ik meerdere malen Gouden afdelingskampioen in de FZN en werd ik de laatste vier jaar 11e, 10e, 4e en 3e Beste Liefhebber van Nederland. Daarvoor moet je toch echt op alle afstanden je best doen, de top 100 van al die jaren is namelijk terug te vinden met opvallend weinig bekende namen daarin.

In de jaren na ‘93 werd er tegen de 200x top 10 op de officiële NPO-vluchten gewonnen (er zijn er namelijk die top 10 in de afdeling ook teletekst noemen…) en zijn er circa vijftien NPO-overwinningen geboekt.

Ook in dit coronajaar – waarin vele die zichzelf hoog hadden staan door de mand vielen – won ik op alle disciplines in Brabant 2000 het 1e hokkampioenschap (op de midfond 2e), alsmede 1e Gouden afdelingskampioen. En ja, dat gaat alleen met topduiven, topvoeding, topbijproducten en een topverzorging.

De selectie hier is nog altijd bikkelhard. Aan gezondheid sleutelen of gekwetste duiven houden doe ik niet. Er zitten nog negen duiven van 2019 op het oude vlieghok, de rest is jaarling. Alleen superduiven belanden op het kweekhok. Ik heb nog steeds een hekel aan veel duiven, alleen nu zitten er wat meer dan in 2006 wegens de vele roofvogelaanvallen. Daardoor sneuvelde onlangs nog een duif van 2019.

Dat ik nog altijd graag met jonge duiven speel en dit niet verleerd ben kon men zien op de laatste vlucht van dit jaar; Châteaudun. Daar won ik de eerste twaalf in Rayon 2. Van de 94 mee wonnen 21 duiven 1:100 en 47 stuks 1:10. Ter vergelijking: de winnaar in Rayon 1 zat na mijn 27e duif.

Enfin, er is niets mis met jezelf af en toe eens op de borst slaan. Nee, ik heb zelf meer moeite met mensen die de waarheid achterhouden, verdraaien of dingen anders voordoen dan ze zijn.

Nog enkele dagen en we gaan weer een nieuw jaar in. De sportieve ambities voor 2021 blijven hetzelfde, al geniet ik de laatste jaren wel meer van de oude dan van de jonge duivenvluchten.

In de afgelopen 10 jaar hadden alle veranderingen in het vliegprogramma betrekking op de jonge duiven. Dit was vroeger een spel waar iedereen in Nederland naar uitkeek met grote deelnames op de wedvluchten en gelijke kansen voor iedereen.

Toen het verdict viel dat we niet verder mochten spelen dan 450 km centraal in de afdeling, kwam aan alle jonge duivenklassiekers een eind. Zo ook Orléans, waar iedereen naar uitkeek, zelfs de verste afstanden. Vandaag de dag wil men het liefst zo laat mogelijk beginnen met de jonge duiven, alle vluchten met warm weer afgelasten en zo vroeg mogelijk weer stoppen.

Ik ben overtuigd dat hierdoor veel duivenmelkers zijn afgehaakt alsmede de landelijke belangstelling van de vlucht der vluchten. Zelfs mensen die geen duiven hadden vroegen je naar nationaal Orléans. Sommige Chinezen huurden helikopters om de duiven te volgen en alles werd gefilmd. De vlucht an sich was bekender dan bijvoorbeeld Barcelona. Ook de Belgen waren jaloers op onze Orléans.

Het zou geweldig zijn als er initiatief genomen werd om bijvoorbeeld één of meerdere nationale vluchten te organiseren voor jonge of oude duiven, waarbij heel Nederland de mogelijkheid heeft deel te nemen. Zonder verplichting.

We zouden daarop middels sponsoren mooie prijzen kunnen vervliegen om het aantrekkelijk te maken. Ik denk aan Blois of Le Mans voor de oude duiven en Orléans voor de jongen. Deze afstanden kunnen prima gevlogen worden met goed getrainde en begeleide jonge duiven. Vroeger vlogen we Orléans zelfs met niet-verduisterde jonge duiven.

Het zou een unieke kans zijn om de duivensport weer onder de aandacht te brengen bij de mensen en de jongere generatie een toekomst te bieden. De huidige oude garde die vaak dienst neemt in alle besturen lijkt alles tegen te houden wat verandering betreft.

Het is in sommige afdelingen zelfs zo gek dat wanneer jongeren zich opgeven voor bestuursfuncties om verandering teweeg te brengen, ze gewoon geweerd worden door de oude garde. Zoals die nu bezig zijn, regeren ze de Nederlandse duivensport binnen niet al te lange tijd de afgrond in.

Topduiven zijn er niet veel en komen niet vanzelf. Je moet ze kweken, spelen en testen op zowel de vluchten als het kweekhok. Toppers zoals Super Rossi en Olympic Millennium vlogen zelf de kleppen van het hok en zetten nadien meerdere generaties op de wereld die op diverse hokken top 10 NPO-winnaars gaven.

Er zijn maar weinig uitstekende verervers zoals de oude Witbuik van ‘97 en Dragon Rocket van ’99. Hun genen zijn nog altijd bepalend gezien de resultaten van hun achterkleinkinderen.

Dat op topduiven geen sleet komt, bewees Young Witbuik nog eens door op tienjarige leeftijd Witbuiks Blue te geven die de 1e NPO La Souterraine en 11e nationaal Asduif dagfond won. Diezelfde Young Witbuik werd geboren toen zijn vader al 11 jaar oud was.

Wat ik wil uitleggen is dat het niet zo simpel is en dat je met veel geld nog geen top hok duiven kunt kopen, anders hadden ze in het noorden van het land een probleem. Daar kocht een investeerder voor bijna een half miljoen twee duiven van twee verschillende Belgische hokken. Wellicht had hij zijn kansen beter kunnen spreiden, wie zal het zeggen.

Vluchten

Uitslagen lezen blijft een kunst. Ik speel op de dagfond met 20 duiven en dit jaar vloog ik daarmee op de vier oude duivenvluchten 4x top 10 NPO met één keer de 1e NPO. Wie er 100 meegeeft moet dan 20x top 10 NPO en vijf NPO-overwinningen behalen. Iemand met 800 duiven mee moet dan niet super spelen, maar buitenaards.

Ten opzichte van België wordt ons in Nederland maar de helft van de vluchten gegund. De kans om het uiterste uit je duiven te halen is in België veel groter. Hier zijn er afdelingen die begin september willen stoppen met vliegen, maar vervolgens wel tot eind oktober taartvluchten organiseren. Over eigenbelang gesproken.

Halverwege september stoppen is ook niet één vlucht erna spelen, zelfs geen opleervlucht. Zo niet, dan moet men elke afdeling dezelfde spelmomenten gunnen. Van elke taartvlucht is immers een uitslag op Compuclub te vinden.

Ik wil op vluchten met een zo groot mogelijke lossing presteren, we lopen immers in aanzien een straatlengte achter op België. Van mij mag elke vlucht boven de 300 km een sectorvlucht zijn, dat scheelt met losplaatsen, kruislossingen en lostijdstippen. Daarbij krijgen we eerlijkere concoursen met betere, slimmere duiven waarbij de wind niet telkens een storende factor is.

Zo blijft het van de zotte dat we in Nederland nog steeds met elf afdelingen vliegen, terwijl sommige daarvan amper het ledental behalen als van de grotere samenspelen 15 jaar terug. Snel fuseren dus, dan kan er gelijk een moderner wagenpark worden gekocht. Met sommige wagens mag men de grens niet meer over, zo oud zijn ze.

We moeten vooruitkijken en daarnaar handelen. De kleinere verenigingen zijn niet meer levensvatbaar. In grotere verenigingen kan men het voor de leden betaalbaarder houden en de taken verdelen, want ook dat is nodig zodat niet alles op dezelfde schouders hoeft te rusten.

Hier kruipen de komende dagen de eerste jongen weer uit het ei. Verder is dit een tijd van jezelf en anderen beschermen door zoveel mogelijk thuis te blijven.

De meeste hokken hier staan leeg, dus de verzorging van de duiven is in een mum van tijd klaar. Ik besteed daar dagelijks niet meer dan 15 minuten aan.

Bas en Gerard Verkerk zijn Gouden Duif-winnaar. Petje af dat je met zoveel duiven mee regelmatig de eerste drie getekende op tijd kan pakken. ‘Kijk op je duiven’ noemen ze dat.

Op naar het nieuwe jaar waarin onze zoon vanaf januari drie nieuwe producten introduceert die ik dit jaar naar grote tevredenheid heb getest. Ikzelf ga volgend jaar nog wat meer openheid geven over hoe ik de dingen hier aanpak en beleef.

Wij wensen iedereen fijne feestdagen en een gezond en gelukkig 2021!

Er wordt vaak geschermd met “die en die duif wint acht à tien 1e prijzen”, ik betrap mezelf daar ook wel eens op. Een duif die de 1e wint in de vereniging biedt geen garantie dat hij in het samenspel – bestaande uit meerdere verenigingen – ook de 1e wint.

Eén trede hoger zit je op Rayon-niveau. Zelfs als je daar de 1e wint, wil dat niet zeggen dat je in de afdeling – bestaande uit meerdere Rayons – ook de 1e wint. Als het een sectorvlucht is, kan een duif ook daar nog de 1e winnen die dag.

In onze vereniging gaan op sommige vluchten meer dan 1.000 duiven weg. Er zijn afdelingen in Nederland die deze aantallen soms niet eens op een afdelingsvlucht halen. Dit zou betekenen dat als je op de stamboom vermeldt dat hij de 1e wint tegen 1.000 duiven, dit hetzelfde betekent als een duif die de 1e wint in een afdeling met weinig deelname.

Op afdelingsniveau behoor je in Brabant 2000 bij de beste als je eenmaal per jaar de 1e wint, terwijl je met gemak 10x de 1e in eigen vereniging kan winnen. Het zou logisch zijn dat wanneer je duif de 1e wint in de afdeling, hij op alle vier de niveaus 1e is geworden. Je kan immers niet op een lager niveau 2e worden en op het hoogste niveau 1e.

Daarom zijn gewonnen 1e prijzen eerlijker dan sommige nationale kampioenschappen. Je kan best overal 1e kampioen zijn (vereniging, samenspel, Rayon of zelfs afdeling), terwijl iemand die 2e of 3e is in eigen vereniging boven jou staat in de nationale kampioenschappen.