Hier is seizoen 2020 van start gegaan. Althans, op het kweekhok zijn alle 30 koppels samen gezet en het lijkt erop dat ze het goed met elkaar kunnen vinden. Nu koppel ik zomerjongen meestal wel aan een oudere partner, enkele uitzonderingen daargelaten.

De eerste drie dagen laat ik enkele koppels gelijk los. Na de derde dag gaat alles los en moeten ze het verder maar uit zien te zoeken.

Hier koppel ik goed x goed, compenseren doe ik namelijk niet. Een duif die compensatie nodig heeft, ruim ik op. Ik geloof ook niet in ogen en andere theorieën.

Het is elk jaar gelukt om teletekstvliegers, Asduiven en/of nationale Asduiven te kweken. Die laatste vliegen vaker in Friesland op het hok bij Jan waar het net iets eenvoudiger is om bij de nationale Asduiven te komen dan hier. Dan doel ik niet zo zeer op de concurrentie (al speelt dat natuurlijk wel een rol), maar meer op het aantal duiven waar Jan tegen speelt.

Jan heeft dus acht duiven bij de eerste 60 nationale Asduiven midfond jong. Het merendeel is hier als ei gehaald.

In mijn samenspel kiezen de meeste liefhebbers ervoor hun jonge duiven op de nalijn te spelen, dus zijn er weinig duiven in het samenspel. De beste hokken ontlopen elkaar echter niet en doen wel op het jonge duivenspel mee, dus weinig duiven weg maar wel van hoge kwaliteit.

Ik had het er gisteren nog over met één van de beste spelers van Nederland. Hoe mooi zou het zijn dat alle punten voor de nationale kampioenschappen gewoon uit de elf afdelingen genomen werden in plaats van samenspelen of rayons? Nu levert het een vertekend beeld op.

We hadden het ook nog over de secties en sectorale vluchten. We zijn het eens dat er meer samengevoegd moet worden qua NPO-vluchten. We lopen steeds verder achterop bij de Belgen wat internationaal aanzien betreft.

Met het kweekseizoen in het vooruitzicht hebben wij weer droog, goudkleurig erwtenstro op voorraad.

Wees er snel bij, want er is veel vraag naar deze bijna niet meer te verkrijgen kwaliteit erwtenstro. Deze kwaliteit is echt uniek.

€ 10,- per baal en op = op.

Alleen af te halen aan ons adres (Heul 79, 4741 RB Hoeven).

Ik ben benieuwd hoe 2020 gaat verlopen. De plannen van onze voorzitter zijn te vooruitstrevend voor de doorsnee duivenmelker die 60+ is en waarvan het enige uitje nog het bezoek aan het duivenlokaal is. Wie zal het zeggen. Zijn de vlieggebieden juist ingedeeld? Worden er niet teveel krabbers kampioen en omgekeerd? We gaan het meemaken.

Waar is de tijd gebleven dat je in september het vliegprogramma voor het volgende jaar kreeg? Het is zelfs al zo ver dat samenspelen verenigingen in een ander samenspel aanschrijven om bij hun te komen, om zo hun samenspel te redden. Dat daardoor een ander samenspel omvalt, daar kijkt men niet naar.

Ikzelf vind één vereniging per gemeente een mooie oplossing. Voor het vervoer kan dan de beste plek gekozen worden om in te manden. Eén vereniging per dorp kan niet meer vanwege het tekort aan leden. Dat er dan samenspelen van meerdere gemeentes moeten komen, is geen probleem. Hoe groter, hoe beter. Je kan dan gewoon in je eigen gemeente inkorven.

Dat we geen leden bij gaan krijgen met de vooruitstrevende plannen, staat vast. Het gros van de huidige liefhebbers is niet klaar voor de plannen en abracadabra wat ze wordt voorgeschoteld. Laat het NPO eerst eens proberen alles uit te leggen, zodat iedereen het snapt en de oudere leden zo lang mogelijk bij de sport betrokken blijven.

Dat er na jaren achterover leunen een frisse wind ging waaien binnen het NPO, is een goede zaak. Maar zoek sponsoren die aandacht besteden aan de sport, vervlieg mooie prijzen op semi nationale concoursen en geef dit aandacht in de pers. Met zulke dingen breng je de duivensport onder de aandacht.

In de jaren ’80 en ’90 was de duivensport populairder dan ooit. Toen werd er ieder weekend stevig gepoold en wilde je als liefhebber wel eens een gokje wagen op je favoriet. Er werden fietsen en hele varkens vervlogen in die jaren.

Ik ben blij dat ik ook die vorm van duivensport heb gekend. Soms denk ik daar met weemoed aan terug. Wat is de duivensport ondanks alle vernieuwingen toch snel van ons afgegleden. Het is en blijft verleden tijd en die zal nooit meer terugkeren.

De dagen zijn weer korter, maar op het kweekhok is het sinds vandaag weer 14 uur licht om de hormonen op te wekken. De kweekduiven zijn klaar met ruien aan de dons te zien die er dagelijks uit komt. Het teken dat de pluimen zijn vervangen.

Ze gaan binnen veertien dagen samen en dan kan de voorbereiding op 2020 beginnen. Wat koppelen betreft heb ik nooit een plan, ik zie dat pas als ik ze ga koppelen. Duiven die gelijk de broedschaal induiken zie ik graag, maar als ze niets van elkaar willen weten, krijgen ze gewoon een andere partner.

Het moet echte liefde zijn en niet dat ze elkaar open pikken. Korte inteelt doe ik niet, dat heeft me nooit iets goeds gebracht. Niet voor de kweek en ook niet voor het vlieghok. Het liefst zie ik het een generatie overslaan, dan is er geen probleem.

Kruisingen pakken hier het best uit, maar ik selecteer op de uitslag en dan krijg je op den duur toch enkele lijnen die er bovenuit steken en elkaar hier en daar raken.

Voedsterduiven houd ik niet meer, dat vele verleggen heeft me ook niets goeds gebracht. Daarbij wil ik geen duiven meer op mijn hokken waarvan ik op voorhand weet dat ze het niet waard zijn om uit te kweken.

Ze brengen drie rondes groot en na eind april is het klaar voor de eigen hokken. Er worden 30 koppels samen gezet: 24 bewezen koppels kweekduiven en zes zomerjongen uit de beste kweekduiven en samenkwekers.

Bij Jan zitten ook 30 kweekkoppels uit mijn beste kweekduiven van voorgaande jaren. Ook daar zijn alle voedsterduiven verwijderd. Met deze aanpak zal ik van sommige koppels zes en van sommige vijf of vier jongen hebben om mee te spelen en dat is meer dan genoeg.

Ik hoop er 45 per ronde te kweken. Er vallen altijd enkele jongen af door selectie, dus ik verwacht er 135 te spenen. Ik heb ruimte voor 200 duiven, dus dat is geen probleem. Mijn credo is altijd dat één op de tien gekweekte jongen een goede is, dus ik zou dertien goede jongen moeten kunnen kweken.

Wat de kweek betreft

Duiven kweken gaat vanzelf als ze gezond zijn, daar hebben ze weinig toevoegingen voor nodig. Hier in het kweekseizoen om de dag Naturaline in het drinkwater en Allerlei met voederolie over het voer. Verder geen toegevoegde korrels of dergelijke, alleen 80% Championsmix en 20% NPO-mix.

Zoals ik eerder aangaf, wil ik dit jaar dagelijks een testproduct uit China over het voer verstrekken, wat voor een goede bevruchting en opkweek van de jongen zou moeten zorgen. Of het verschil gaat maken, gaan we meemaken.

Onlangs heb ik telefonisch nog even gesproken met Gert Jan Beute. Dat wij van mening verschillen over het op voorhand aanwijzen van goede duiven, staat vast. Dat je uit één hok de betere kan aanwijzen, geloof ik. Maar welke duif een superduif wordt, daar komen mijns inziens wat meer factoren bij kijken.

De duiven van mijn Belgische vrienden waren schijnbaar slecht beoordeeld op het gebied van verzorging. Daar moet ik het antwoord schuldig op blijven, ik zie die duiven namelijk niet dagelijks. Mocht het op het gebied van kwaliteit zijn geweest – wat mij werd verteld – dan was ik het daar niet mee eens.

Die duiven zijn afkomstig van iemand die al jaren kampioen is op de snelheidsvluchten en jaarlijks een karrenvracht met 1e prijzen wint. Tevens zat hij al meerdere keren bij de top 10 nationale Asduiven van de KBDB op de snelheidsvluchten.

Nu weet ik dat hij zijn kweekduiven gewoon jaarrond in een open volière heeft zitten van waaruit ze eten en drinken krijgen. Bij mij en Jan zitten de kweekduiven ook jaarrond in open volières. Onze vliegduiven krijgen bij droog weer dagelijks open hok, zodat de koude wind vrij spel heeft.

De bakjes schoon krabben doe ik eenmaal per week en dat is nog heilig. Jan doet dit wegens tijdgebrek nog minder, maar dat schijnt de duiven niets te deren.

Onze duiven krijgen het hele jaar Championsmix en NPO-mix met om de dag Naturaline. In de rui wissel ik Naturaline en Sedochol af. Ze krijgen ook om de dag wat Allerlei over het voer, aangeplakt met voederolie. Andere ‘ruiversnellers’ zoals zaden, thee, biergist, vitaminen of eiwitten zijn niet aan ons besteed.

Wat mijn Belgische vrienden voeren weet ik niet. Zij hoeven niet naar geld te kijken dus dat zal vast goed voer zijn. Ik overtuig nu eenmaal niemand om onze mengelingen te geven, ook vrienden niet.

Zo won ik onlangs enkele zakken 4 seizoenenmengeling. Als je zo’n zak openmaakt zie je het verschil tussen droog brood en een biefstuk. Maar wie zich daar goed bij voelt, moet daar vooral blijven geven. Er leiden immers meerdere wegen naar Rome. Nogmaals: de wedvluchten wijzen uit of je het bij het juiste eind hebt.

Zelf volg ik al jaren hetzelfde systeem. De duiven ruien en pluimen vanzelf in. Hoe boeit me niet, ik hoef er niet mee naar een tentoonstelling. Uiteindelijk gaat het erom hoe ze zich op de wedvluchten gedragen en daar ligt vaak het bewijs of je het goed doet of niet.

Ook afstandsgeschiktheid boeit me niet. We wonen in Nederland en niet in België, waar je wekelijks op een afstand kunt spelen. Mijn duiven moeten alle vluchten aankunnen tussen 100 en 750 km. Wie op welke vlucht gaat, bepaal ik in het vliegseizoen per week. Of ze daar lange, korte, dikke of dunne vleugels voor nodig hebben, boeit me ook niet. Zo lang ze er maar op tijd mee thuis weten te komen.

Misschien ben ik wel te nuchter voor cijfers en keuringsrapporten. Ik weet echter wel dat het wiel maar één keer uitgevonden kan worden en dat de enige weg naar succes een harde selectie is op de wedvluchten.

Verder heb ik Gert Jan niet nodig voor de kijkcijfers op deze website, zoals schijnbaar vermeld stond op Facebook. Wij hebben allemaal onze eigen volgers. Wie mijn berichten, die van Gert Jan of wie dan ook niet graag leest, hoeft dat niet te doen. Wij dwingen daar niemand toe.

Ik vertel mijn mening, Gert Jan de zijne en bijvoorbeeld A.S. die van hem weer. Zo heeft iedereen zijn eigen visie zonder dat we het met elkaar eens hoeven te zijn.