Mijn voorspellingen lijken weer uit te komen; vanaf volgende week tropische temperaturen richting de 30 graden. Hierdoor zullen de eerste jonge duivenvluchten vast in gevaar komen.

Ik roep al jaren dat hoe later men begint, hoe groter de problemen zijn. Ik denk dan wel eens; is er überhaupt wel een NPO-bestuur? Luisteren doen ze in ieder geval niet.

Indien de warmte enkele weken aanhoudt, wordt het augustus. En dan volgt er vaak regen. Ik ben dus benieuwd wat het zal brengen, maar het lijkt er steeds meer op dat de jonge duivenspelers bewust worden gedwarsboomd.

Ik ken genoeg liefhebbers die omwille van een gezin en werk enkel hun plezier uit het jonge duivenspel kunnen halen. Laten we niet vergeten dat deze mensen ook gewoon contributie betalen.

Mijns inziens moet er dus een andere aanpak komen, want hoe verder je het jonge duivenspel uitstelt, hoe later duivenmelkers met hun voorbereiding beginnen en hoe groter de verliezen zijn.

Start bijvoorbeeld op 23 juni met de eerste prijsvlucht en houdt 3 weken dezelfde afstand aan. Men kan dan instappen wanneer hij of zij er klaar voor is.

Als je pas in augustus start, wacht iedereen tot het laatste moment met africhten. Er is dan ook geen instapmogelijkheid meer omdat de afstanden rap oplopen. Alles lijkt zo simpel, maar niemand wil er aan.

Hier gaan hoogstwaarschijnlijk 18 oude duiven naar de dagfond, 18 naar de vitesse en 100 jonge duiven naar hun eerste vlucht.

Ik had het er onlangs met een Belgisch kampioen over dat ook daar de helft van de jonge duiven verloren lijkt te gaan alvorens het seizoen goed en wel begonnen is.

Het vreemde is dat er tijdens de vluchten ook nog elke week verliezen zijn. Je kan dus nooit denken dat ze het nu wel snappen en het kaf van het koren gescheiden is. Bij mij zijn evenveel mooie als minder mooie exemplaren verloren gegaan.

Bij de oude duiven is het in België net als in Nederland bijna vanzelfsprekend dat er op de vlucht dag nog duiven ontbreken. Hij denkt dat dit met het veranderende klimaat en de toegenomen straling te maken heeft. Daarnaast sluit hij de felheid en warmte van de zon niet uit. Ik zeg niet dat het niet waar is, op dat gebied spreek ik niemand tegen.

Ook ik ben tot nu toe veel jonge duiven kwijtgeraakt. Ik zal dan ook nooit iemand uitlachen om zijn verliezen, wat sommige mensen wel doen. Ik weet namelijk dat in de duivensport iedereen een keer aan de beurt komt.

Ik vraag ook niet snel aan iemand hoeveel duiven er nog moeten komen. Dit is ook zo’n hedendaagse trend. Het interesseert niemand hoe vroeg of laat je zat, ze willen alleen weten hoeveel duiven je kwijt bent. Dit wordt vervolgens met Jan en alleman gedeeld.

Hier krijgen de jonge duiven een harde leerschool. Ze worden regelmatig één voor één gelost en dat kost nu eenmaal veren. Leren doen ze er betrekkelijk weinig van, want ook nu nog worden er jonge duiven verspeeld, evenals ervaren oude duiven. Er loeren natuurlijk ook veel gevaren onderweg, zoals draden, kruislossingen en roofvogels.

Zo had ik vorige week een slechte trainingsvlucht met in de avond nog 25 jonge duiven weg. Meerdere kwamen gewond terug en met staartpennen eruit. Zelfs gisteren kwam er nog één terug. Mager, maar wel gezond.

Zoals ik al schreef zie ik dit liever dan wanneer men dezelfde dag al belt dat er een jong is binnengelopen. Wanneer het taai wordt boven de 300 km springen die zo weer ergens anders binnen als ze het even niet zien zitten.

De duiven herstellen snel, ik plaats die in een mand en na enkele dagen zie je er weinig meer aan. Alleen de gewonden zullen een week of drie nodig hebben voordat hun staart/verenkleed weer wat is aangegroeid.

De buurman heeft onze jonge duiven afgelopen vrijdag op 60 km gelost. Ik dacht op 30 km, maar het was niet druk op de weg en dus reed hij wat verder. Ze werden om de 5 minuten mand voor mand gelost. De eerste twee manden waren snel thuis met enkele minuten verschil, daarna stokte het.

Nadien arriveerden ze één voor één met ’s avonds nog 25 jongen achter. De dag erop meerdere gewonden thuis en duiven met staartpennen eruit. Geen idee wat er onderweg is gebeurd, maar zeker is dat ze allen uit het oosten terugkwamen. Twee vermiste duiven waarvoor ik werd gebeld, zaten ook in het oosten.

Eentje was niet eens van de losplaats vertrokken en mag daar wat mij betreft blijven. Jonge duiven ophalen doe ik zelden, want daar ben ik nooit goed mee geweest. Ik heb liever dat ze enkele dagen later halfdood op eigen kracht terugkomen dan dat ze dezelfde dag elders onderdak zoeken. De oude Witbuik was zo’n karakterduif die dagen later halfdood thuiskwam en ik heb nooit een betere gehad op de vluchten en kweek.

Al bij al nog 13 jonge duiven weg en verschillende gehavende jongen met halve staarten eruit. Ik schreef eerder enkel bezig te zijn met de duiven die er nog zijn. Je moet kunnen incasseren, anders kan je maar beter geen duiven houden.

Over 2 weken is de eerste prijsvlucht voor de jonge duiven. Volgende week staat een training van 90 km op het programma. Als ze daar een klokvlucht van maken doe ik mee, anders gaan ze gelijk naar de eerste prijsvlucht van 143 km.

Oude duiven

De oude duiven vlogen zaterdag 455 km. In de afdeling begon ik met de 28e prijs tegen 4.967 duiven. Van de 30 mee 25 prijs. In het samenspel R2 Oost werd het tegen 781 duiven 4-10-11-16-24-29 enz. De eerste drie getekenden waren bij de eerste vijf duiven thuis. Kortom, de snee is er een beetje af bij de oude duiven, maar ik probeer ze nog wel op te laden voor de laatste vluchten.

De mannen in Reeuwijk zijn duidelijk aan een comeback bezig. Bij de eerste zes plaatsen in hun samenspel 5x Willem en 1x Bas. Die van Bas komt uit een zoon van het Millennium koppel en wint de 3e, dat is dus weer een mooie referentie voor mij.

Dat de wind mede bepalend is, kon men zien in Zeeland. Van dezelfde losplaats een half uur later los en aan de mpm waren er in zeeland 500 duiven thuis voordat de winnaar viel in Brabant 2000. Ik schreef ooit: 5 minuten later of eerder los kan een wereld van verschil zijn in het verloop van een concours.

Gero Dijk maakte tot slot een knaluitslag op ZLU Agen oude en jaarlingen, dat is knap gedaan!

Betreft: Uitslag dopingcontrole Arnhem, 1 juli 2022


Geachte combinatie Embregts-Theunis,

Op 24 mei 2022 jl. is bij u een controle gehouden op het oneigenlijk gebruik van substanties bij postduiven.
Het ter plekke genomen mestmonster met barcode 10001593 en sealbagnummer 682 500 341 is naar het laboratorium Triskelion (voorheen Ducares) gestuurd, dat door de NPO voor dit doel is aangewezen.

We zijn blij u te kunnen melden dat het laboratorium ons heeft meegedeeld dat de uitslag van de analyse negatief is.
Dit houdt in dat er geen verdenking is van het oneigenlijk gebruik van substanties die voor de postduiven verboden zijn.

De uitslagen worden op 8 juli a.s. in Op de Hoogte gepubliceerd.

We hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Een vreemde titel, maar toch is het zo. Hier komt tricho bijna nooit meer voor of hooguit in zeer lichte mate. De kweekduiven krijgen in oktober een geeltablet en teren daar een heel jaar op. Zij krijgen ook eenmaal per jaar een luisdruppel.

Begin jaren ‘90 gaf men massaal Ridzol S, Emtryl en/of Baytril. Goedkope producten waar je niet veel van hoefde te geven. Dat het niets kostte, was tevens de doodsteek. Het werd te vaak verstrekt waardoor de duiven uiteindelijk niet meer tricho vrij te krijgen waren. De soms wekelijkse kuur van twee dagen Baytril brak het immuunsysteem totaal af.

Producten voor de luchtwegen waren niet nodig. Iedereen gaf Neo-Cortef of de blauwe oogdruppels van ene Dehond of Peeters uit België. De voorlopers gaven het veel zwaardere Ledercort. Alles bevatte cortisone en de duiven leken geen kopziektes te krijgen.

Verduisteren was ook niet nodig. De Weerd had een druppel die je elke dag in het drinkwater moest doen wat het ruiproces uitstelde. Alles staat inmiddels 25 jaar later weliswaar op de dopinglijst, maar wat opviel is dat de duiven toen veel gezonder waren en niet zo vaak achterbleven dan nu.

Dus ja, of men toen zoveel slechter bezig was…? Gebruiken deed men net als in de Tour de France bijna allemaal, het was immers niet verboden. Moest men destijds alle dopingzondaars uit de Tour schrappen, dan zou nummer 100 uiteindelijk als winnaar overblijven. Maar vergis je niet, ook toen had je kwaliteit nodig. Cortisone kan van een ezel ook geen renpaard maken.

De voorlopers die net wat slimmer waren dan de rest domineerden vooral medio jaren ’80 de uitslagen, zoals nationaal Orléans. En nee, dat was echt niet omdat zij zogezegd alleen het verduisteren als eerste hadden ontdekt.