Heel wat verenigingen vallen om en zijn gedwongen te fuseren. Dit kost natuurlijk leden, zo ook in Brabant.

De NPO moet de gebieden dan ook goed indelen. Nu is er een sector met 1.000 leden meer dan de andere sectoren, dat kan toch niet? We krijgen dan weer een oneerlijk verloop in de kampioenschappen waar de aantallen duiven meetellen. Werk aan de winkel dus voor het NPO-bestuur. Van hogerhand moeten ze zich ermee gaan bemoeien, anders komt het niet goed.

In Brabant is ons onlangs ook een in mijn ogen ondergewaardeerd icoon ontvallen, de 96-jarige Geert Kouters uit Noordhoek. Geert heeft 90 jaar duiven gehad, waar zie je dat nog. Vroeger met de jongen en op de dagfond was er amper tegen te spelen. Ze stapten over op de overnacht en werden ook daar meteen kampioen. Zowel op de ochtend- als de middaglossing moest je vroeg klokken om ervoor te zitten.

Het is van alle tijden dat alleen vrienden van bepaalde schrijvers of kranten de aandacht krijgen, maar wat zitten er her en der goede spelers die al ontelbare jaren aan de top staan zonder dat er ooit over geschreven werd. Die ruimte wordt helaas vaak vergeven aan de luidruchtigste types die weliswaar alle sociale media beheersen, maar niets met prestaties kunnen onderbouwen.

Zo zijn er ook heel wat liefhebbers rijk geworden doordat ze in een zwak samenspel speelden. Zij konden daaruit hun punten halen voor de nationale kampioenschappen.

En wat te denken van de nationale Asduiven jong, waarbij de nalijn gewoon meetelt en waaraan evenveel oude als jonge duiven meedoen. Over concoursvervalsing gesproken. Mijns inziens is de enige eerlijke manier om enkel de punten behaald in het jonge duivenspel te laten tellen voor de Asduiven jong.

Zo moet men ook de PIPA Rankings herzien. Daar tellen alle vluchten mee, dus de afdeling die per categorie drie vluchten meer heeft, is op voorhand de winnaar. Die “nationale” Asduiven PIPA Rankings en nazaat ervan worden vervolgens vrolijk voor veel geld verkocht.

De afdeling die het minste aantal vluchten heeft kunnen spelen, bijvoorbeeld door afgelastingen, moet als uitgangspunt worden genomen. Heeft Brabant 2000 bijvoorbeeld maar 7 vluchten gespeeld, dan worden de nationale prijzen verdeeld over 7 vluchten. Ook dan nog is de rest in het voordeel, want hebben zij er bijvoorbeeld 10 gespeeld, dan tellen zij hun 7 beste vluchten.

Het is duidelijk dat ik niet geloof in eerlijkheid binnen de duivensport. Zo hadden we vroeger de WHZB, waar men zelf voor in moest sturen. Bij de FZN was dit ook het geval. Ook daar dus onterechte kampioenen.

Nu wordt het bijgehouden door Compuclub, die weliswaar alles berekenen, maar ook dan gaat niet alles vanzelf. Als ik in 2021 niet had gebeld, dan was Pure Gold niet eens 1e nationaal Asduif WHZB geweest. Ze was overal 1e geworden en bij de Asduiven WHZB stond ze niet eens bij de eerste 100. Dat kon natuurlijk nooit. Uiteindelijk werd ze alsnog 1e.

Al die tussenstanden publiceren is nergens voor nodig. Als deze duiven ergens binnenlopen, dan zien de eigenaren ze nooit meer terug. Beter is het om ze gewoon na het seizoen te publiceren.

Dit jaar waren Chinezen zowat alle top 10 nationale Asduiven in de tussenstanden in België aan het vastleggen, terwijl de vluchten niet eens gespeeld waren. Veel van die duiven werden verspeeld of behaalden uiteindelijk niet eens de top 50.

Niet alle vermiste duiven zijn dood. Hier kwam er gisteren nog één terug die na de tweede jonge duivenvlucht was verspeeld. Hij stond zo rond als iets, maar heeft wel bij een slechte liefhebber vastgezeten, getuige de slechte kwaliteit van pluim en hij zat kop onder de uitwerpselen.

Deze duif heeft niet meer dan 25 km van huis gezeten, merkte ik aan zijn gewicht en het nog aanwezige voer in de krop. Wat bezielt mensen toch om opgevangen duiven vast te houden? We kweken tenslotte allemaal 90% afval, ook de bekende hokken. Zou die ene opgevangen duif dan een goede moeten zijn?

We gaan nog een jaar verder met de afdelingen in de huidige vorm en dan is het tijd voor iets nieuws. Hoe en wat weet ik niet, maar voor onze duiven zijn grotere lossingen altijd beter. De dominantie van enkele grote hokken wordt dan ook een stuk minder.

Voor ons betekent het wel dat 75% van de leden van de nieuwe sector westelijk woont. Zelf kom ik bij de meer oostelijk gelegen hokken terecht, waar ik voorheen meer westelijk zat.

Dit maakt me verder weinig uit, want een goede duif trekt toch zijn plan wel naarmate de vluchten langer worden. Je zou wel denken dat de vluchten onder de 400 km niet snel in concours kunnen vliegen met een overvlucht van 100 km.

Inkrimping

Het oude kweekhok is vorige week verhuisd naar Zeeland, daarmee is de inkrimping ingezet. Minder oude en jonge duiven is mijn doel.

De voedsters zijn weg en het aantal kweekkoppels is teruggebracht van 36 naar 24. Zij brengen zelf hun jongen groot, al gaat de tweede leg wel onder de vliegduiven, waarna ze worden herkoppeld.

De hokken van de kwekers en oude vliegduiven zijn voorzien van mestbanden. Het vele dagelijkse werk werd teveel voor mijn rug. Ik heb geen schrik dat het nu minder zal gaan, daarvoor heb ik in de laatste 30 jaar al teveel verbouwd (zelden zag ik verval).

Selectie

De ploegen kwekers en oude vliegduiven zijn enorm verjongd. Laatstgenoemde bestaat voor 90% uit jaarlingen, waarvan ik eigenlijk niet weet wat ik kan verwachten. Het afgelopen seizoen was daarvoor simpelweg te gemakkelijk.

Toch blijf ik hard selecteren, want alleen de allerbeste mogen blijven en die gaan tot eind september op alle vluchten mee. Natuurlijk vis ik er ook wekelijks enkele uit die mijn vertrouwen zijn kwijtgeraakt, dit gebeurt eigenlijk jaarrond.

Vandaag nog moest er eentje weg uit het vlieghok die niet fris was. Eén enkele duif op de been houden doe ik niet. Ik wil een sterke stam duiven, de zwakke broeders vallen hier vanzelf af.

In recent years we have been regularly asked whether our products were available in Ireland.

Therefore, we are happy to announce that Sandyhill Pigeon Supplies has now included all our products in its range.

Available as of next week.

De meeste kweekduiven zijn inmiddels klaar met de rui. De vliegduiven staan gemiddeld nog op 2 à 3 pennen en beginnen er langzaamaan beter uit te zien. Zij mogen nu om de dag naar buiten en kunnen terug naar binnen wanneer ze dat willen.

Alle ramen en plafonds staan altijd open en zijn voorzien van nertsengaas. Hier geen windbreekgaas meer op de hokken.

Ik krijg veel vragen uit binnen- en buitenland over de voeding en de begeleiding. Ik geef al jarenlang hetzelfde voer, namelijk 80% Championsmix + 20% NPO-mix. Daaroverheen gaat elke dag Champions Mineralenmix + Origanum Red. Tweemaal per week voeg ik daar nog een maatschepje Prestavit aan toe.

Ik verander niets aan mijn systeem, zo gaat het hier dus 12 maanden per jaar. Heel wat nationale winnaars op alle afstanden doen het inmiddels op dezelfde manier. Natuurlijk zijn goede duiven de eerste vereiste, gevolgd door een goede verzorging.

Momenteel krijgen ze eens per 2 dagen ander drinken en eens per 3 dagen maak ik de hokken schoon. Verder eenmaal per week een bad en tot het kweekseizoen begint eenmaal daags eten (tijdens en na de kweek tweemaal daags en dan gaan de Origanum Red en Prestavit alleen ‘s ochtends over het voer).

P40, eivoer, tovo of iets dergelijks is niet nodig voor een goede, gezonde opkweek van de jongen. Wel gooi ik tijdens de kweek nog een halve schep gemengd grit extra bij de schep Champions Mineralenmix.

Ze hebben nu 2 dagen Sedochol in het water, opgevolgd door 2 dagen Naturaline met extra look. In het kweekseizoen wordt dat 2 dagen Naturaline met extra look, dan 2 dagen schoon water en dan weer 2 dagen Naturaline met extra look. Dit gaat helemaal door tot september, dan komt als de rui begint de Sedochol weer in plaats van de 2 dagen schoon water.

Op de jaarlijkse paratyfuskuur- en enting na zijn de kweekduiven niet gekuurd. Tegen pokken krijgen mijn duiven alleen in hun geboortejaar een enting met het kwastje, nadien nooit meer iets.

De mest was oké, zei De Weerd. Er ligt ook nog wat mest ter controle bij Schroeder. Twee weten immers meer dan één. De Weerd vond geen tricho, wormen of coccidiose, dus blijf ik overal vanaf.

Tijdens de kweek ga ik nog eens met zes duiven op controle. Mochten ze dan wel iets vinden, dan krijgen ze een week B.S.. Ook als er eitjes of jongen liggen, daar kijk ik niet naar. Maar nogmaals, alleen áls ze iets vinden. Hier geen blinde kuren. Idem bij de vliegduiven.

November is de maand waarin veel hokken opnieuw gaan koppelen, al moeten de duiven daar natuurlijk wel klaar voor zijn.

Hier gaan de 24 kweekkoppels – die stevig verjongd zijn – eind november of begin december samen. Er is ook ruimte voor vier testkoppels. Zoals gezegd heb ik geen voedsterparen meer.

Ik heb alles al eens getest en van al dat verleggen kweek je geen betere duiven. Je belangrijkste duiven verslijten alleen sneller. Kunstmatige inseminatie (KI) of hengstenkweek heeft ook nooit meerdere goede duiven in een jaar opgeleverd.

Mijn kwekers brengen daarom zelf hun jongen op en de tweede leg wordt verstoken onder de vliegduiven. Na een weekje rust worden ze opnieuw gekoppeld. Ik heb twee identieke hokken met 12 koppels, dus de duivinnen gaan dan van hok #1 naar hok #2. Ze brengen dan nog twee koppels groot, al zal de vierde ronde te laat komen om nog mee te kunnen.

Uiteindelijk heb ik dan van elke duif zes jongen met twee verschillende partners. Hier zouden naar mijn maatstaven voldoende bruikbare tussen moeten zitten.

Ik was gisteren bij Lex de Jongh om vier duiven voor de Pearls of the Sky te laten fotograferen. Lex haalde hier vorig jaar zeven zomerjongen en uit vier daarvan kweekte hij top 10 NPO-winnaars, zelfs een 1e NPO. Mocht ik zelf een hok kunnen vinden waar ik dat kon, dan sta ik daar dit voorjaar op de stoep om zeven zomerjongen op te halen.

Dit najaar wordt met enkele topduiven van bekende liefhebbers nog samenkweek gedaan en dat zijn NPO/nationale winnaars. Van deze samenkweek, alsook van die met mijn Chinese vriend, moeten de jongen me 200% aanstaan om het jaar erop ingepast te worden op het kweekhok. Zo probeer ik de kwantiteit verder te verlagen en de kwaliteit te verhogen.

Pure gold is een topper op de kweek en heeft met meerdere partners top 10 NPO-winnaars gegeven. Pure Gold is zelf ook tweemaal 1e nationaal Asduif. In de zaalveiling van de Pearls of the Sky zitten twee zonen met twee verschillende partners en zij zijn beide even mooi.

De kweekresultaten van de kinderen en kleinkinderen van Olympic Millennium zijn inmiddels niet meer te tellen. Ook zij is 1e nationaal Asduif en 2e Olympiade duif. Haar nazaat doet het super op de dagfond. Zo won dit jaar een jaarling zoon van beide sector dagfondvluchten top 10 NPO.

Er zitten dan ook al vier kinderen op het kweekhok die allen top 10 NPO op de dagfond hebben gewonnen. Drie daarvan stonden zelfs in de top 3 Asduiven van de afdeling op de dagfond. Eén gaf dit jaar de 1e tegen 10.000 duiven in de afdeling en een andere een 1e NPO/Grand Prix winnaar.

Ook Lex de Jongh had dit jaar een superduif uit een dochter van Olympic Millennium. Een zoon van Avatar (broer van Olympic Millennium) x zus Super Daisy gaf dan weer een 1e NPO bij Lex.

Zo verwacht ik ook veel van Olympic Dragon, driemaal 1e nationaal Asduif en 2e Olympiade duif. Zij heeft al een top 10 NPO-winnaar gegeven, maar door allerlei verplichtingen heb ik er vorig jaar maar met enkele kunnen spelen.

Super Dragon – haar bijna identieke onbevlogen zus – is een jaartje jonger en heeft als jaarling vorig jaar drie top 10 NPO-winnaars gegeven met twee verschillende partners. Eén stond zelfs tot de laatste twee vluchten als 3e nationaal Asduif, maar werd jammer genoeg verspeeld.

Al met al komen uit de echte topduiven dus vaak ook weer topduiven en daar hoef je er jaarlijks geen tientallen voor te kweken.