Laatste jaar

We gaan nog een jaar verder met de afdelingen in de huidige vorm en dan is het tijd voor iets nieuws. Hoe en wat weet ik niet, maar voor onze duiven zijn grotere lossingen altijd beter. De dominantie van enkele grote hokken wordt dan ook een stuk minder.

Voor ons betekent het wel dat 75% van de leden van de nieuwe sector westelijk woont. Zelf kom ik bij de meer oostelijk gelegen hokken terecht, waar ik voorheen meer westelijk zat.

Dit maakt me verder weinig uit, want een goede duif trekt toch zijn plan wel naarmate de vluchten langer worden. Je zou wel denken dat de vluchten onder de 400 km niet snel in concours kunnen vliegen met een overvlucht van 100 km.

Inkrimping

Het oude kweekhok is vorige week verhuisd naar Zeeland, daarmee is de inkrimping ingezet. Minder oude en jonge duiven is mijn doel.

De voedsters zijn weg en het aantal kweekkoppels is teruggebracht van 36 naar 24. Zij brengen zelf hun jongen groot, al gaat de tweede leg wel onder de vliegduiven, waarna ze worden herkoppeld.

De hokken van de kwekers en oude vliegduiven zijn voorzien van mestbanden. Het vele dagelijkse werk werd teveel voor mijn rug. Ik heb geen schrik dat het nu minder zal gaan, daarvoor heb ik in de laatste 30 jaar al teveel verbouwd (zelden zag ik verval).

Selectie

De ploegen kwekers en oude vliegduiven zijn enorm verjongd. Laatstgenoemde bestaat voor 90% uit jaarlingen, waarvan ik eigenlijk niet weet wat ik kan verwachten. Het afgelopen seizoen was daarvoor simpelweg te gemakkelijk.

Toch blijf ik hard selecteren, want alleen de allerbeste mogen blijven en die gaan tot eind september op alle vluchten mee. Natuurlijk vis ik er ook wekelijks enkele uit die mijn vertrouwen zijn kwijtgeraakt, dit gebeurt eigenlijk jaarrond.

Vandaag nog moest er eentje weg uit het vlieghok die niet fris was. Eén enkele duif op de been houden doe ik niet. Ik wil een sterke stam duiven, de zwakke broeders vallen hier vanzelf af.