Een ieder beleeft de duivensport op zijn of haar eigen manier en dat is maar goed ook.

Paratyfus

Zo verschillen bijvoorbeeld de meningen over wel/niet kuren of enten tegen paratyfus. Zelf doe ik beide al jaren. Ik wissel wel steeds de kuur en entstof af. Vorig jaar kregen ze 10 dagen Baytril – dat doe ik eens per 3 à 4 jaar – en de kippenentstof tegen paratyfus van Patrick Derycke. Dit jaar Cona Paratyphus van Norbert Peeters, inclusief zijn enting.

Na deze kuur keerden de duiven terug in schoongespoten hokken. Dit schoonspuiten doe ik ook eens in de 3 jaar. In de tussenliggende jaren spuit ik de hokken alleen nat met wat Virkon S (na de kuur).

Duiven bijhalen

Jan en ik halen elk jaar enkele duiven bij. Vorig jaar kochten we samen tien late jongen van verschillende liefhebbers, uit duiven die nationaal of NPO hadden gewonnen. Deze laatjes groeiden uit bij Jan en hebben we vorige week eens bekeken. Eén lijkt te voldoen om wat jongen van te kweken, de rest wordt verwijderd. Zo moeilijk kan bijhalen dus zijn.

Liever haal ik zomerjongen die ik eerst in de hand kan nemen. Zo mag ik elk jaar uit enkele duiven van mijn Chinese vriend kweken, die hij voornamelijk bij Verkerk koopt. Ook daarvoor geldt dat ze me wel 100% moeten aanstaan, wil ik daar mijn beste duiven tegen zetten. En ook dan geldt dat succes niet gegarandeerd is.

Kortom, duiven bijhalen is niet altijd een win-winsituatie, maar je moet nu eenmaal af en toe wat anders inbrengen.

Dan nog het vraagstuk of er in België betere duiven zitten dan in Nederland. Vroeger dacht ik stellig van wel, maar na honderden Belgische duiven te hebben gehaald in de laatste 30 jaar, ben ik van mening dat ze niet per definitie beter zijn dan Nederlandse duiven.

Ook vorig jaar werden er nog acht duiven gehaald bij Belgische tophokken, uit nationale Asduiven of winnaars. Niet één daarvan heeft reeds voldaan, niet bij mij en niet bij Jan. We testen ze namelijk op twee plaatsen. Ik weet ook wel dat de meeste duiven 2 jaar nodig hebben om zich te kunnen bewijzen op de kweek, daarom wordt pas volgend jaar een eindoordeel geveld.

Ook ik kweek 90% mindere duiven, dat is overal zo. Op een veilingsite enkele jaren oude duiven kopen van topliefhebbers, doe je dan ook beter niet. Die zijn al getest en te licht bevonden. Vroeger belandden die bij de poelier, vandaag de dag zijn het statiegeldduiven.

Hier verdwijnen die aangekochte duiven overigens wel altijd naar de poelier, want wat voor ons niet goed is, is dat ook voor een ander niet.

Mijns inziens koop je beter jonge duiven, want daarvan weet de liefhebber nog niet of het een goede is of niet. Uiteindelijk zijn het natuurlijk loten uit een loterij.

Prijsuitreikingen

Eerdaags beginnen de prijsuitreikingen weer. Zelf ben ik daar meestal niet bij. Deels vanwege mijn rug natuurlijk, maar ook omdat ik mijn hobby vooral aan huis beleef en daar 6 maanden zeer intensief mee bezig ben. Alles moet dan wijken. Om vervolgens ook nog de winteravonden op te offeren, is voor mij en het gezin wat te gek.

Voeding

Wat de voeding van onze duiven betreft heb ik al decennialang een afwijkende mening. Ik geloof namelijk niet in verschillende jaargetijden mengelingen. Meerdere tophokken niet, overigens. Leveranciers met meer dan twee soorten voer kan ik niet serieus nemen, want als ik vraag welke daarvan de beste is, zeggen ze eigenlijk dat al hun andere soorten minder zijn.

Ik geloof ook niet in lichte mengelingen. Hier krijgen de duiven volop te eten. Onze mengeling is vetrijk, maar niet zo zwaar als een eiwitrijke mengeling. Mijn duiven zijn altijd perfect op gewicht, ondanks de min of meer volle bakmethode. De zwaardere types selecteren zich in de loop der jaren vanzelf uit. Ik heb namelijk zelden goede plofduiven gezien.

Verder hou ik geen enkele duif op de honger, niet in de winter en niet in de zomer. Toch luisteren mijn duiven goed en komen ze vanzelf binnen. Dit heeft te maken met conditioneren.

Tenslotte heb ik een hekel aan bange duiven. Ik pak ze haast nooit, want daar zie ik het nut niet van in. Tenzij er iets aan mankeert natuurlijk, maar dan is het meestal ook gelijk de laatste keer dat ik ze pak.

De resterende jonge duiven beginnen stevig te ruien. Na de rui volgt de eindselectie. De jongen hebben voor mijn gevoel geen echte kans gehad om zich te ontplooien, het was dit jaar regelmatig slecht weer en/of de wind vanachter.

Dit jaar hanteer ik dus de Verkerk manier van selecteren, oftewel alles wat er nog zit jaarling laten worden en de oude duiven van het vlieghok af.

De zomerjongen voor PIPA zijn klaar met de rui en daar zitten werkelijk schilderijen tussen. Met name de zoon van Olympic Dragon is een prachtduif geworden. Deze duiven werden vandaag opgehaald voor quarantaine.

Op de hokken vindt nog wat sloopwerk plaats. Alle oude bakken gaan eruit en mestbanden erin. Het kost me met mijn rug steeds meer moeite om alles elke dag te schrapen, daarom ga ik het mezelf wat makkelijker maken. De kweekhokken gaan naar een nog jeugdige liefhebber in Zeeland, daar heb ik dus ook minder werk aan.

Aan de duiven zelf is weinig werk nu, ze krijgen eenmaal daags eten. Op dat voer zit elke dag Origanum Red, daarvan worden ze zijdezacht en het bevordert hun darmflora. Ik geef ze ook tweemaal per week Prestavit voor de nodige eiwitten en vitaminen tijdens de rui.

Het drinkwater krijgen ze in drinkpotten van 5l en daar doen ze twee dagen mee. Dit houdt in twee dagen Sedochol en dan weer twee dagen Naturaline. Ook hier geldt: gemak dient de mens.

Hier dus geen gerst, karig voeren of enkel schoon water. Ja, ook dan zal een duif ruien, dit is tenslotte een natuurlijk proces, maar hoe ze vervolgens inpluimen is een wereld van verschil.

Ik lees overal “tijdens de rui hebben ze niets nodig”, maar geloof mij maar dat ze bij de toppers als Bas Verkerk en consorten nu niets tekortkomen. Duiven hebben wel degelijk behoefte aan goed en genoeg voer, inclusief de nodige bijproducten. Zo kan bijvoorbeeld wat biergist ook geen kwaad nu, of zelfs soepgroenten of wat oud brood. Ook boerenkool verorberen ze graag, met kluit en al zelfs.

Niet iedereen laat het achterste van zijn tong zien, vandaar dat ik bij mijn vele hokbezoeken her en der eerder de ogen de kost gaf dan de oren. Zo las ik ook heel wat reportages over liefhebbers die “nooit wat aan tricho deden”, maar wel om mijn advies vroegen waar ze een goede tricho kuur konden halen. Wat heeft het voor nut om mensen op een dwaalspoor te zetten?

De moderne duivensport kan niet zonder goed eten en de juiste supplementen om top te presteren, vooral als je de duiven elke week speelt op alles tussen de 100 en 700 km. Hier hebben de goede duiven elke vlucht afgehaspeld die op het vliegprogramma stond, inclusief nalijn. Die hebben dus heel wat kilometers afgelegd.

Verenigingen waar de manden mand voor mand worden volgemaakt bij het inkorven, hebben een lagere infectiedruk dan verenigingen die ze over meerdere manden verdelen. Je komt simpelweg bij veel verschillende liefhebbers in de mand terecht en niet iedereen neemt het even nauw met de gezondheid van hun duiven.

Zo zaten wij met de jonge duiven en de nalijn in hetzelfde weekend op dezelfde losplaats. Onze verduisterde jongen die op het jonge duivenspel werden gespeeld, zaten tussen de oude duivinnen en niet verduisterde jongen die op de nalijn werden gespeeld. Ik vind zoiets jammer, want ruiende duiven zijn niet even fris als verduisterde jongen en oude duivinnen die jongen azen hebben vaak last van lichte tricho. Dat laatste kan elke dierenarts bevestigen.

De fout ligt natuurlijk bij de afdeling. Het is kostenbesparend om zowel met de jongen als de nalijn naar dezelfde losplaats te rijden, dat snap ik wel, maar toch hoop ik dat ze hier vanaf gaan zien. We zijn tenslotte serieus met duivensport bezig.

Vandaar mijn pleidooi dat niemand volledig zonder medicatie kan, of je moet alleen je eigen duiven in de mand hebben zitten. Zelfs dan is het lastig om in een jaar als dit je duiven vrij te houden van luchtwegproblemen of tricho, doordat ze vaak 3 dagen in de mand zaten.

De bonnentijd is aangebroken. Zelf schenk ik maximaal 5 bonnen per jaar en daar zit ik al aan. Mij bellen of mailen is dus niet meer nodig.

Ik wil de mensen goed kunnen bedienen. Als ik een koppel eitjes van de vliegers schenk, zijn dat vaak twee koppels. Van de kwekers geef ik maar één koppel eitjes mee, maar alleen als ik kan zien dat ze bevrucht zijn.

Van de vliegers is dat vaak vanaf half januari en van de kwekers na april.

Ik wil minder duiven gaan kweken en ook met minder duiven gaan spelen. Kwalitatief probeer ik natuurlijk wel steeds betere te kweken.

Zo staat er een bon van mij op RCC Roosendaal t.b.v. Rolstoelbus Ylana. Er zijn meerdere bonnen geschonken door topliefhebbers uit binnen- en buitenland voor dit goede doel. Doe er uw ding mee, zou ik zeggen.

De zon scheen, dus heb ik de hogedrukreiniger maar eens door de oude duivenhokken gehaald. Zij vertoeven tijdelijk in het jonge duivenhok. De komende weken krijgen ze hun paratyfusenting en keren ze terug naar hun schoongespoten verblijf.

Daarna spuit ik de jonge duivenhokken schoon. Het is even een bende, maar met een dag mooi weer droogt alles snel op. Je staat ervan te kijken hoeveel stof je wegspuit, vandaar dat ik dit eens per twee jaar doe.

De duiven ruien verder goed. De kweekduiven zijn al bijna klaar, op enkele na waarvan wat langer is gekweekt.

Afgelopen zaterdag ben ik samen met een goede kennis op bezoek geweest bij Bas Verkerk. Zoals altijd zag het er daar spic en span uit. De overnachtsensatie van de laatste twee jaar – Sil van Vliet – was de laatste dingen aan het reinigen.

Wat die jeugdige Sil al gewonnen heeft, krijgen de meeste in hun hele duivencarrière niet voor elkaar. Sil geeft ook de Embregts-Theunis mengeling, wat natuurlijk weer mooie reclame is voor ons.

Bij Bas werden nog enkele jongen voor mijn Chinese vriend uitgezocht. Deze komen uit zijn allerbeste en staan mij ook geweldig aan. Ik mag hier een jaar van kweken voordat ze naar China gaan. Tot op heden kweek ik daar haast ieder jaar enkele goede duiven uit.

Zo zag ik nog een prachtjong zitten en vroeg ik aan Bas of die te koop was. Dit bleek een jong van mezelf te zijn die Bas hier in het voorjaar had uitgezocht uit National Torres x Olympic Dragon. Ook dat kan gebeuren, haha. Ik verwacht dat hij hier heel goed mee gaat zijn.

De Verkerk duiven kruisen goed op mijn eigen duiven. En ja, waar in Nederland haal je betere? Een kweekhok vol nationale Asduiven en winnaars aldaar. Jongen uit nationale/NPO-winnaars of nationale Asduiven zijn ook de enige waarin ik geïnteresseerd ben, de rest heb ik namelijk zelf ook zitten.

Ik wil alleen nog voor het allerbeste gaan en steeds meer streven naar kwaliteit in plaats van kwantiteit. De topduiven hier zijn niet te koop, daar heb ik teveel plezier aan beleefd. Daarnaast komen daar vaak ook weer goede uit voort.

Recent werd wel het kweekhok verjongd. De oudere duiven zijn naar mijn Chinese vriend gegaan, zodat hij daar nog wat uit kan kweken. Ik weet dat hij er goed voor zorgt en dat ze daar alle ruimte hebben in grote volières. Zelf hou ik er geen seniorenafdeling op na, daar heb ik simpelweg geen plaats voor.

Dit jaar had ik ook drie hele goede jongen uit de samenkweek met Eijerkamp (Olympic Jozef x Dragon Girl). Ook hier dus het allerbeste tegen het allerbeste. Het eerste jaar had hij nodig om te acclimatiseren, maar nu belooft het een goede kweker te worden. Niet geheel toevallig komt Olympic Jozef ook uit een Verkerk duif, namelijk een zoon van Olympic Solange.

De goede komen doorgaans uit goede. Zo denk ik dat je een topvlieger beter aan een zomerjong uit een topvlieger kunt koppelen dan topduif x topduif. Dit geeft vaak meer succes, is mijn ervaring. Ik heb meermaals topkoppelingen gehad met twee onbevlogen duiven uit de allerbeste tegen elkaar.

Al bij al geeft zeker niet alles succes en is het ieder jaar weer opbouwen geblazen in zowel het vlieg- als kweekhok.

Een weekje aan de Spaanse zon doet een mens goed. Het was alweer 7 jaar geleden dat ik op vakantie was.

Bij de duiven is er verder niets te zien of te doen. In oktober raken ze de meeste veren kwijt, vaak is het dan één grote bende.

Zo stuurde Falco me nog een stukje tekst door uit 1967. Misschien kunnen onze beleidsmensen dat nog eens doorlezen, voordat ze een ton verkwanselen aan een nutteloos onderzoek.

De conclusie is dat er 57 jaar geleden ook al verliezen waren. Zodanig dat dit artikel werd geschreven: