Geplaatst op 13:12h
in
Blog
Volgend weekend Narbonne, La Souterraine en een jonge duivenvlucht. Op alle vluchten gaan duiven mee. Het zijn de laatste vluchten voor de oude duiven, misschien dat ik nog tien van de betere duivinnen op nest speel op de nalijn.
Na volgend weekend vestig ik mijn aandacht op de jonge duiven en scheid ik ze. Inmiddels heb ik al een deel verwijderd en dat gebeurt vanaf nu wekelijks. Ik wil de selectie rond hebben bij de laatste vlucht. Ik heb dit jaar bij de oude duiven gezien dat een handjevol top is en de rest bladvulling. Het is hier al jaren zo dat de top jongen later ook de beste oude- en kweekduiven werden.
In de jaren ‘90 kon je beter selecteren. We begonnen het laatste weekend van juni met jonge duiven te spelen en tegen augustus, toen het tropisch werd, hadden zij veel ervaring. Ik kweekte er 100 en had er de laatste vlucht nog 80 over. Nu lijkt het alsof het vliegprogramma van de laatste jaren van de hoger gelegen afdelingen zich over heel Nederland verspreidt.
Steeds later beginnen, steeds meer verliezen of vluchten die wegens warmte niet doorgaan omdat we onervaren jongen hebben. Wat dat betreft ben ik geen voorstander meer van het nationale vliegprogramma. Laat de afdelingen zelf maar iets moois opstellen.
Nu zie je dat de vluchten steeds korter worden, we steeds voorzichtiger lossen en zuiniger zijn op onze jongen terwijl we er steeds meer verspelen. Hier in het zuiden was dat in de jaren ’90 wel anders. Er werd stevig gepould en duiven die niet gezond bleven of enkele weken te laat waren, werden snel verwijderd.
Als gevolg daarvan hadden we een veel sterkere stam duiven. Nu puilt na één warme dag de wachtkamer van de dierenarts uit wegens kotsende, verzwakte jongen. One eye cold, adeno, circo etc. werden vroeger opgelost middels een harde selectie. Nu willen we alle zwakkelingen erdoor trekken.
Eén ding weet ik uit ervaring; ik heb veel goede duiven op mijn hok gehad, maar ik heb hen nooit ziek gezien. Zij hadden altijd hun beste pak aan en prachtige mest in de bakken. Nu zijn we stamboomgericht, terwijl uit het beste koppel ter wereld acht van de tien gekweekte jongen prullen zijn.
Zo hoor je nu ook steeds vaker wanneer je de klok binnenbrengt: “hoeveel mis je er nog?” in plaats van “hoe laat zit je?” Het boeit me niet wat er nog weg is. Het gaat mij om degene die er nog zijn, daar moet ik mee verder.
Ook moet je willen winnen. Als dat niet bij jezelf begint, gebeurt dat niet. Hier gaat om 5.30u de wekker met deze warme dagen. Om 6u vliegen de oude duiven en daarna de jonge. Om 8.30u is alles klaar, maar dan moeten veel andere liefhebbers nog uit hun slaap ontwaken.
Ik spreek nogal wat sterke spelers en ook zij hebben een enorme drive om te winnen. Ze doen er alles aan en niets is teveel gevraagd. En dan heb ik het alleen nog maar over inzet, het allerbelangrijkste om succes te behalen.