Binnenkort wagen we ons weer aan een nieuw kweekseizoen. De vraag is natuurlijk welke doffer tegen welke duivin.

Bij mij zitten 24 kweekkoppels klaar. Deels bewezen vlieg- en kwekers, deels zomerjongen geselecteerd uit mijn beste kweekduiven.

Hier raakt alles elkaar wel ergens, maar daar heb ik weinig moeite mee. Vroeger had ik dat wel met inteelt vader, dochter, moeder, zoon of broer x zus. Het keerpunt was mijn experiment in 2021, toen ik de beste kinderen van Super Rossi onderling paarde.

Van die zeven inteeltjongen werden er vier uitgeselecteerd wegens teveel zichtbare inteelt. De overige drie hebben allen top 10 NPO-winnaars voortgebracht. De moeder van de 2e nationaal Asduif PIPA Rankings van de gebr. van Belzen komt ook uit zo’n inteeltproduct. Eén van die drie noem ik New Super Rossi, omdat hij in mijn ogen zijn opvolger wordt.

Verder maakt het eigenlijk weinig uit wie ik tegen wie zet, want zoals gezegd raken ze elkaar overal wel ergens. Het is dat ik geen broer x zus koppelingen wil, anders zou ik gewoon de deur open kunnen trekken en de duiven het zelf uit laten zoeken.

Zo kweekte ik Pure Gold – tweevoudig 1e nationaal Asduif – uit een bewezen kweker en een laat september jong. Ik zette die kweekdoffer enkele weken op rust in een hok waar enkele laatjes zaten en daar werd Pure Gold geboren. Ook Witbuik van 1997 – waarvan ik dacht dat hij niet meer bevruchtte – zat in een hok met enkele laatjes en daar kwam Young Witbuik uit voort. Het was hem dus toch gelukt om te bevruchten.

De duivin van het Millennium koppel had ik het eerste jaar als voedster zitten, omdat het een zomerjong was. De doffer van het Millennium koppel wilde niet aanparen, dus besloot ik er dat zomerjong bij te laten. Het Millennium koppel was geboren.

Kortom, als de duiven over voldoende kwaliteit beschikken, maakt de koppeling op zich weinig uit.

Mijn duiven zijn vrij uniform qua formaat. Een doffer is hier makkelijk van een duivin te onderscheiden, dus compenseren is niet nodig. Ik vind duiven die je moet compenseren in de kweek überhaupt niet de moeite waard om door te houden. Mijns inziens kan je die beter verwijderen.

Een aangeschafte duif moet goed in elkaar zitten en zacht gepluimd zijn. Topduiven op aangeschafte duiven zetten doe ik niet meer, want als je aanschaf niets waard blijkt te zijn, heb je van je topduif ook niets. Ervaring heeft mij geleerd dat je beter een zomerjong uit je beste daartegen kunt koppelen.

Zoals gezegd heb ik goede kwekers gehad die nooit hebben gevlogen. Ook onbevlogen zomerjongen tegen elkaar hebben hier vaak goed gekweekt. Twee bevlogen duiven op elkaar om met de jongen te vliegen is hier vaak minder. Wel waren die jongen vaak goede kwekers nadien. Uit ervaring lijkt het me beter om een bevlogen duif te koppelen aan een zomerjong.

Bonnen

Voor wie er wat aan denkt te hebben; er staat nog een bon van mij op TopPigeons en op de website van RCC Roosendaal ten bate van de rolstoelbus.

Het blad valt van de bomen en dan gaan we snel weer denken aan het koppelen van onze duiven. De jaarlijkse verkoop van Willem de Bruijn zit er ook weer op en was wederom een groot succes.

Diezelfde Willem vroeg onlangs of ik echt de Verkerk-manier van selecteren ging toepassen. Nee, ik geef daar mijn eigen draai aan. Duiven waar ik niets in zie vertrekken wel degelijk. De rest mag rustig uitruien en gaat nu ook weer enkele dagen per week los.

Op dit moment zitten er nog 40 duivinnen en 28 doffers. Zij krijgen niet allemaal hun chip om, want de roofvogel zal deze winter heus nog zijn best doen om mijn plannen te verzieken.

Deze duiven krijgen voor de koppeldatum half januari nog een extra selectie. Wie redelijk gepresteerd heeft, maar minder mooi is opgedroogd na de rui, gaat er dan alsnog uit. Wel heb ik ca. 10 duivinnen extra om toch een vorm van extra jaloezie te krijgen.

Bij de vliegduiven wordt de deur rond Kerstmis 5 dagen opengezet, zij mogen dan zelf een partner kiezen. Ditmaal dus geen gestuurde koppeling. Na 5 dagen worden de koppels die samenzitten genoteerd en alles uiteen gehaald tot medio januari. Zij die nog niet gepaard zijn krijgen dan een partner toegewezen. Bij de kweekduiven bepaal ik de koppeling uiteraard wel zelf.

Ik heb nog maar twee duiven die niet hier gekweekt zijn. Dit betekent dat ik er steeds minder bijhaal en haast alle bijgehaalde duiven reeds heb verwijderd. Sommige stalde ik bij Jan, maar ook daar lieten de meeste zich niet zien.

Overal in Nederland en België zitten wel enkele goede duiven. Of België nog altijd de boventoon voert qua kwaliteit, betwijfel ik steeds meer. Tussen de nationale Asduiven en overwinningen vind je tenslotte steeds meer Nederlandse genen.

Ik streef naar het allerbeste en dat valt niet altijd mee. Bij tal van tophokken heb ik duiven gehaald, maar vaak waren ze gelijkwaardig of zelfs slechter. Andere raakten gemakkelijker verloren of konden zich moeilijk gezond houden.

Natuurlijk heb ik uit bijgehaalde duiven ook enkele toppers, die zijn overgebleven na selectie. Ik houd dan liever die duiven aan dan hun ouders waaruit ik er tientallen moest kweken voor die ene goede.

Uit drie duiven – aangekocht door mijn Chinese vriend – kwamen ook enkele superjongen, maar zijn duiven verblijven hier maximaal een jaartje alvorens ze naar China gaan.

Evert-Jan Eijerkamp heeft ook een bon toegezegd voor onze vereniging om het dak te laten repareren, waarvoor dank.

Gisteren werd ik gebeld over de bonnenverkoop van de rolstoelbus voor Ylana, een meisje met een zeldzame ziekte. De bonnen van mij, Bas Verkerk en Leon Roks hadden flink wat geld opgebracht.

Dit was natuurlijk prachtig voor de organisatie, ware het niet dat het spookbieders waren. Om die reden moet de verkoop van deze bonnen opnieuw plaatsvinden. Hoe diep kan een mens zinken, vraag ik me dan af. Voor zo’n goed doel spookbiedingen doen…

Ik hoop dat tijdens de nieuwe veiling van deze drie schenkingen de oprechte bieders zich opnieuw van hun beste kant laten zien en er nogmaals een mooie opbrengst voor Ylana komt. Men kan dit volgen op deze website: https://www.rccroosendaal.nl/

Gisteravond was ik bij de vergadering van onze vereniging, nu nog de grootste van Brabant 2000.

Afgelopen jaar hebben vandalen het dak van het eigen verenigingslokaal vernield, wat ons dik € 20.000,- kost. Dit zijn bedragen die verenigingen niet meer zelf kunnen dragen, ook de onze niet.

Voorzitter Jan de Werd van De Patagoon opperde daarom een bonnenverkoop van enkele, selectieve tophokken. Jan heeft zelf al wat mooie bonnen geregeld en ik probeer er ook enkele te verzamelen van mensen waarmee ik goed contact heb.

Uit België heb ik onder andere van Jelle Roziers, toch wel de ster van België met een hok vol nationale Asduiven, een schenking toegezegd gekregen. Ik haalde daar destijds de moeder van mijn 1e nationaal Orléans tegen ruim 60.000 duiven.

Er is ook een schenking van Tournelle-Hua Feng, die hun zoveelste topjaar beleefden. Zij hadden dit jaar de 2e nationaal Asduif bij de jonge duiven in België en werden daar nationaal kampioen bij de oude en jaarse. Ook wonnen ze nationaal Bourges 3 met de jaarse. Zowel Davy als Jelle zijn goede en betrouwbare vrienden van mij en van beide heb ik goede duiven gehad.

Peter & Gwen van de Merwe – een superteam met soms ongekende kettinguitslagen – zijn ook bereid een bon te schenken en er komt er ook één van Henri van Doorn van Comb. van Wanrooij, die het hart altijd op de juiste plaats hebben. Zij deden het super dit jaar, tot een barslechte vlucht roet in het eten gooide. Ze herpakten zich knap door de laatste dagfond vlucht op grootse wijze te winnen. Zo hadden ze ook de twee 1e nationale Asduiven jong bij de PIPA Rankings.

Zelf kan ik natuurlijk niet achterblijven en schenk ik een bon voor een jong uit de kwekers. Zo probeer ik her en der nog enkele bonnen van goede hokken te verkrijgen die graag mee willen werken, want dat willen ze zeker niet allemaal.

Mij gaat het persoonlijk niet zozeer om de geschonken bonnen die ik weggeef en ik denk zeker niet alleen aan financieel gewin. Ik geef immers elk jaar duiven weg aan mensen waarbij ik een goed gevoel heb. Het is hier dan ook in eerste instantie een hobby, maar op al dat geloop aan huis zit ik niet meer te wachten. Ik heb genoeg aan mezelf of de enkele vrienden en bekenden die langskomen.

Mensen die mij kennen weten dat ik altijd druk ben met mijn dagelijkse bezigheden, zoals lopen of fietsen voor de rugklachten en anders ben ik wel in de tuin bezig of bij de duiven. Vanwege die vervelende rugklachten wil ik mezelf niet meer voorbij lopen. Ik heb helaas teveel jaren gekend waarin ik meermaals weken aan een stuk plat op bed lag.

Ik heb vroeger jarenlang alle weekenden, avonden en vakanties moeten doorwerken en dat heeft zijn lichamelijke tol geëist. Werkweken van 90 uur waren altijd vrij normaal. Vandaar dat ik de weekenden en avonden nu zoveel mogelijk aan mijn gezin wil besteden.

Zo kwam ik ook altijd graag bij wat liefhebbers om duiven te bekijken of ging ik naar een zaalverkoop of mooie prijsuitreiking. Dat lange staan of zitten is inmiddels helaas een ellende voor mijn rug.

Veel mensen die hier kwamen waren verbaasd over de zachtheid van de pluim van onze duiven. Ik hou van goed gepluimde duiven en zeker niet van duiven met een droge pluim. Dit is zelfs één van de vereisten waarop ik selecteer.

Mijn duiven krijgen 365 dagen per jaar een eetlepel Origanum Red op 1 kg voer en 2x per week een schep Prestavit. Dit zorgt voor die zachtheid van de pluim, samen met onze veelzijdige voeding. Met een te arme ruimengeling ga je dit zeker niet bereiken. De Origanum Red draagt tevens bij aan een gezonde darmflora, wat je terugziet aan de vaste mestbolletjes.

Kweekduiven

De kweekduiven kregen voor het laatst in maart vier dagen B.S. en hebben na hun derde ronde niets meer gekregen. Ik was dus wel benieuwd hoe het erbij stond en ging afgelopen week op controle. Ze mankeerden niets en zijn dus klaar voor een nieuw kweekseizoen.

Dit jaar koppel ik de 24 kweekkoppels begin december. In voorgaande jaren deed ik dit op 26 november, maar je hebt altijd van die vroege leggers, vandaar ditmaal een week later.

De kwekers brengen zelf hun eerste ronde groot, de tweede leg probeer ik de vliegers op te laten brengen. De kwekers worden vervolgens opnieuw gekoppeld en brengen nog een ronde groot. Veelvuldig verleggen doe ik niet meer, vandaar ook geen voedsterduiven meer.

Ik denk dat de jongen kwalitatief beter zijn wanneer ze die zelf grootbrengen. Het is ook beter voor de kweekduivinnen, want die gaan zo langer mee.

Ik kweek geen grote aantallen jongen meer, alleen nog uit duiven die het in zich hebben om in het grootste verband vroeg te vliegen. Hoe meer je er kweekt, hoe meer je er verspeelt. Beter lijkt het me dus om minder duiven op de hokken te houden, dan verspeel je er ook minder.

Zo had ik tien kweekboxen waarin de duiven elkaar van alle kanten konden zien. Dit zijn er nu nog maar vier voor de testduiven van mijn Chinese vriend.

De eigen kwekers zitten nu gewoon in één van de twee kweekhokken van twaalf bakken. Zij moeten vrij in en uit kunnen bewegen, vind ik. Zo zitten de duiven hier 95% van de dag en soms ook ‘s nachts in de buitenren, terwijl ze ook gewoon naar binnen kunnen. Kennelijk zitten ze dus graag buiten.

Vliegduiven

Het raam van het vlieghok staat ook dag en nacht open. Je moet je duiven nu afharden, daar pluk je in het voorjaar de vruchten van. Het fijnstof kan zo ook gemakkelijker het hok verlaten door de tocht die ontstaat. Duiven zijn tenslotte geen watjes, dat maken we er zelf van.

Dit jaar heb ik minder streng geselecteerd dan normaal, want het was een bijzonder gemakkelijk seizoen met meestal de wind uit het westzuidwesten. Om die reden heb ik ook bijna alle oude duiven van het vlieghok genomen en daar meer jaarlingen dan anders voor teruggeplaatst.

Voor het vliegen begint zie ik wel wie een chipring om krijgt en wie niet. Ik verwijder duiven gewoon tijdens het vliegseizoen, daar heb ik nooit naar gekeken.

Vroeger had ik 18 weduwnaars en na enkele vluchten waren er nog maar zes over, die zich wél alle zes regelmatig per honderdtal klasseerden. Ik geloof daarom niet in ‘sfeer uit het hok halen’. Van slechte duiven kan je maar beter zo snel mogelijk af zijn, de betere die overblijven zullen zo sneller hun topconditie vinden.

In het totale weduwschapsspel blijven er altijd wel duiven weg, waarbij de vrijgekomen duif een nieuwe partner moet zoeken met vaak goede resultaten als gevolg.