Wanneer ik dit schrijf gaan onze duiven op zaterdag de mand in. Een goed initiatief, vind ik. Op de website van Zuid-Holland valt te lezen dat ze het vliegprogramma gewoon een week langer rekken.

We moeten vandaag de dag meer in zulke oplossingen denken in plaats van problemen. Het weer wordt namelijk steeds grilliger.

Je kan hierop inspelen door de vrijdag, zondag of maandag toe te voegen als losdag. Hierdoor kan het vliegprogramma intact blijven. Een andere oplossing is minder duiven in de mand bij warm weer en dubbele drinkgoten, wat de Belgen reeds doen.

We moeten de duivensport levend zien te houden en daarvoor moet men in mijn ogen niet langer jongen toestaan op de nalijn, om zo het jonge duivenspel te beschermen. Richt desnoods in september en oktober taartvluchten in voor degene die elk jaar te laat zijn of voor de laatkwekers.

Begin half juni met een soort van vitesse prijsspel voor jonge duiven met vluchten van 100-200 km en ga vervolgens half juli verder. Men wordt dan eerder wakker geschud en zal hun jongen eerder op moeten leren. Willem – 75 jaar oud – zegt dan: “Als ik het kan, waarom de rest niet?!”

Zoals gezegd vielen de verliezen hier gelukkig mee. Ik moet wel bekennen dat ze zeker 25x op pad zijn geweest en zuiver werden gezet van alle ongemakken, zoals luis en tricho. Daarnaast werden ze goed opgevoerd met NPO-mix in de middag van inkorven. Tenslotte de factor geluk. Deze keer viel het mee, de volgende keer misschien tegen.

Ik doe zelden mee aan africhtingen, maar dat wil niet zeggen dat men mij moet nadoen. Meer grote mand betekent immers meer ervaring. Je moet ze bij thuiskomst van de eerste vluchten wel enkele dagen iets tegen adeno geven, aangezien het stressniveau dan hoog is.

Met dit warme weer mogen elektrolyten ook niet ontbreken. Ik geef die zelf in de vorm van Belgasol, enkele keren per week. Vroeger gaf ik druivensuiker op de dag van inkorven en bij thuiskomst, een volle soeplepel op 1l water. Duiven hebben suikers nodig voor hun herstel, vandaar dus druivensuiker vroeger en tegenwoordig Belgasol.

De liefhebber die super speelt en zogezegd niets doet aan ontsmetting, kan je beter niet al te serieus nemen. Meestal zijn dit commerciële melkers.

One eye cold

In Zeeland zit best wat one eye cold nu. De duiven zullen daar niet minder om vliegen. Zelf benut ik dan een rookbom of dompel ik ze onder in zout en azijn (van elk twee volle eetlepels op een halve emmer lauw water). Wanneer ze one eye cold krijgen, lijkt de topconditie niet ver weg. Wanneer ze er vanaf zijn, volgt die vaak.

Ervaring

Verliezen kent iedereen op de eerste vluchten, het zijn nu eenmaal niet allemaal goede. Daarnaast verongelukken er nogal wat duiven of vallen ze ten prooi aan de vele roofdieren onderweg.

We moeten verder met de duiven die er nog zijn. Uiteindelijk krijg je vanzelf een sterker ras doordat je met de overlevenden verdergaat. Speel ze daarom zoveel mogelijk, want de ervaring die ze als jong opdoen vergeten ze nooit meer. Hoe vaak zagen we niet dat een duif de ene week uren te laat arriveerde en de week erop supervroeg vloog.

Zo heeft de nalijn voor mij geen enkele waarde. Ik wil dat mijn duiven ervaring opdoen op de vluchten waar het om gaat. Vroeger hadden we dat ook. Een liefhebber vloog in de nalijn alles plat met zijn jongen en ik deed dat op het jonge duivenspel.

Hij daagde me uit om hem te verslaan op de nalijn. Er waren tussenvluchten tussen de NPO-vluchten, dus ging ik eens all-in op de nalijn. Er stond een kopwind die dag en haast al mijn jongen waren thuis voordat hij zijn eerste duif pakte. Ervaring noem ik dat.

De nalijn is ook niet te vergelijken met het reguliere jonge duivenspel. Je moet de concurrentie niet willen ontlopen, daar worden je duiven namelijk niet sterker van.

Marokko

Ik ontving gisteren nog een bericht van een liefhebber uit Marokko. Ik ben daar enkele keren op bezoek geweest en hun competitie is niet mals. Vaak kopwind en een hoge luchtvochtigheid. Deze man haalde hier een duivin waarmee ik als jong gevlogen had en kweekte daar een fenomeen uit. Die werd:

  • 1e tegen 1.600 duiven 277 km;
  • 1e tegen 2.190 duiven 283 km;
  • 1e tegen 19.371 duiven 277 km;
  • 5e tegen 3.400 duiven 157 km;
  • 6e tegen 24.547 duiven 283 km.

 

Kweekwaarde

De duiven die hier na het seizoen overschieten, plaats ik niet allemaal zelf. Ze komen natuurlijk wel uit dezelfde duiven die ik wél heb geplaatst. Veel mensen hebben daar dan ook al diverse toppers uit gekweekt, waaronder diverse NPO-winnaars.

Een mindere vliegduif kan soms vele malen beter kweken dan een top vliegduif. Wat me verder is opgevallen is dat ik uit topduiven zelden het eerste jaar goede jongen kweek en dat sommige pas in de tweede generatie goede kweken. De eerste voldeed dan totaal niet.

Afgelopen zaterdag mistte ik nog 22 van de 135 jonge duiven. Op vrijdag gaf ik ze flink wat NPO-mix en dat is maar goed ook, want hierdoor keerden er nog veel terug in de dagen erna. Ik mis er nu nog zeven en dat is acceptabel.

Het is vooralsnog een jaar van extremen. Dan weer regen, dan weer hitte… Het is een moeilijk seizoen voor de lossingsverantwoordelijken. Vroeg lossen en minder duiven in de mand lijkt me nog altijd het best voor onervaren jongen.

De warmte an sich lijkt me geen probleem. ’s Avonds worden ze ingekorfd en de ochtend erop kunnen ze vanaf 07.00u gaan lossen. Vaak is het dan amper 25 graden, de dagen worden immers korter.

Hier trainen de jonge duiven vanaf 06.30u ’s ochtends. De lucht is dan nog fris en de duiven vliegen graag.

Inversies lijken me sterk overtrokken. Enigszins bewolkt weer kent meestal betere verlopen dan een heldere lucht.

De vitesse was niet zo naar mijn zin, maar op de dagfond wist ik wel de 6e nationaal in sector 1A te winnen. Dit gebeurde met een zoon van Atlantic Verkerk, tevens vader van superduivin Olympic Dragon. Hij werd gekoppeld aan Olympic Millennium, de moeder van mijn drie beste dagfond duiven van de afgelopen 2 jaar (inmiddels zijn dat kwekers).

Referenties

Een zoon van Olympic Millennium x zoon Uranus De Bruijn werd bij Peter Colijn vader van zijn 3e provinciaal bij de jongen gisteren. Op de dagfond won Peter de 2e en op Pont-Sainte-Maxence de 7e provinciaal. Dat is ook een halve Embregts-Theunis.

Deze duif won al eens top 10 NPO en is een volle broer van Cesar, ook een halve Embregts-Theunis die 7x de 1e won en een begenadigd kweker is (o.a. vader van topduivin 151 met 6x de 1e). Peter was gisteren jarig en beleefde dus een mooi verjaardagweekend.

Jan-Jaap Bolier had van Niergnies de twee snelste oude duiven van Zeeland, beide winnaars zijn 50% Embregts-Theunis.

Comb. Van Wanrooij maakte er een onemanshow van bij de jonge duiven en won 2 t/m 27 in Oost-Brabant. Hun eerst geklokte is ook een 50% Embregts-Theunis duif.

Esther Vereecke won op haar beurt de 8e nationaal Argenton in België bij de jaarlingen. Ze deed dit met een doffer uit een hier gehaald koppel eitjes uit Torres Diamond x Little Fighter, een halfzus van Dragon Girl. Rechtstreeks Embregts-Theunis, dus.

Jonge duiven

Bij de jonge duiven kwam alles langs achter. Ze werden veel te laat gelost met alweer die vervloekte zuidwestenwind. Dat er oude bij jonge duiven in de mand mogen, is ook geen voordeel. Ik schreef eerder al dat zij de gehele boel aan flarden trekken bij de lossing. Vorig jaar kostte dat ook een hoop jongen. Was het een kopwind geweest, dan zou de schade zijn meegevallen.

Het is helaas aan dovemansoren gezegd. De oude duiven kan je beter 10 minuten eerder lossen of in de midweek opleervluchten houden waar alleen oude op mee mogen. In het weekend de eerste drie vluchten geen oude bij de jongen. Na drie vluchten hebben die wat meer ervaring. Veel liefhebbers mistten ’s avonds nog 35% van hun jongen.

Het oude duivenseizoen loopt op zijn einde. Ik kan niet zeggen dat we al een fatsoenlijke vlucht hebben gehad. Sinds de start waait de wind uit de westhoek. Een echte kopwind hebben we nog niet gehad.

De jonge duiven starten ook met een westenwind en wisselvallig weer. Laten we hopen dat er volgende maand ook een keer een andere wind komt, zodat ook de oostelijk gelegen hokken aan hun trekken kunnen komen.

Morgen staat er zo te zien vanaf Frankrijk een westenwind, waarbij de duiven ook door wat buien heen moeten. Het enige lichtpuntje is dat we samen met Zeeland losgaan, waardoor de duiven enigszins rechtop kunnen komen.

Bij de jongen gaat alles in de oostelijk gelegen rayons 3 en 4 vallen, verwacht ik. In Brabant moeten we hopen dat er geen gekke lossingen in of tegen de middag komen met die zuidwestenwind, anders raken we een hoop jongen kwijt.

Dit weekend drie vluchten op het programma, oftewel een druk dagje morgen.