Geplaatst op 19:37h
in
Blog
Hier zit een mooie ploeg jonge duiven gespeend die ik elke dag scherp in de gaten houd. Voordat het licht aangaat ben ik al in het hok om de mest te controleren.
Adeno in de UK
In de UK zijn er enorme problemen met de jonge duiven. Dit komt jaarlijks terug daar en schijnbaar worden ze er moedeloos van. Zo heb je een mooie ploeg duiven en zo gaat er een massa dood. Wij kennen gelukkig de Adeno nog niet zoals zij hem daar kennen.
In België kregen sommige liefhebbers vorig jaar dezelfde Adeno klachten met sterfte van de jongen als gevolg. Waar dit hem in zit? Ik weet het niet.
Pasgespeende jongen
Het moment waarop de jongen net gespeend zijn, is het ideale moment om ze eens goed te bekijken. Voldoen ze aan de verwachtingen, ja of nee?
Ik heb zelden pasgespeende jongen mooier zien worden, meestal gingen ze tegenvallen naarmate ze ouder werden. Het is dus belangrijk om kritisch te zijn en geen voddenbaal mee naar huis te nemen, mocht je ergens piepers gaan halen.
Mijn mooist gespeende jongen waren dat vaak ook op oudere leeftijd. Vaak zie je dan een duif in het hok zitten en blijkt het die pieper te zijn geweest waar je zo’n vertrouwen in had toen hij nog in de broedschaal lag. Vaak worden dit je beste duiven of ben je er het eerst vanaf, doordat er iets mee gebeurt. Dat kan natuurlijk ook.
Het koppelen van de duiven
Persoonlijk vind ik dit het mooiste aan de duivensport: in het najaar koppels uitdokteren en dan zien of hun nazaten aan je verwachtingen voldoen.
Je zult hier dan ook nooit een vrije koppeling tegenkomen. Ik vind zulke mensen geen echte duivenliefhebbers. Zij trekken een hok open en zien wel wat er van komt. Vaak is het bij hun zo dat ze na zes weken slechts enkele koppels op eitjes hebben.
Mocht ik uit vliegduiven kweken, dan doe ik dat uit duiven die écht al iets laten zien hebben. Zo’n 85% van de vliegduiven haalt hier het 3e levensjaar niet en valt af na het als jaarling geprobeerd te hebben. Moet ik hier dan uit kweken?
Natuurlijk kun je met wat geluk overal weleens een goede duif uit kweken, ook uit een opgevangen duif. Dit is echter niet mijn manier van duiven houden. Ik hou alles liever in eigen hand en bepaal zelf wat er gebeurt, wie er jongen mag grootbrengen en wie niet.
Zelfs op het kweekhok zijn er meerdere koppels die louter fungeren als voedster, omdat ik het er niet in zie zitten. Dit is vaak omdat de jongen van hun eerste nest me niet aanstonden.
Topduiven zijn zeer schaars
Ik heb dit al eens vaker aangehaald: tel maar hoeveel jongen je jaarlijks kweekt en kijk na vijf jaar nog eens naar wat er nog zit en wie iets gepresteerd heeft op het vlieg- of kweekhok.
Je zult versteld staan wat een klein percentage aan je verwachtingen voldoet. Om die reden selecteer ik altijd hard. Een goede duif verwijder je niet zomaar, je moet hem immers met een vergrootglas zoeken. Dit geldt ook voor de allerbeste hokken van Nederland en België.
Nogmaals: steek alle duiven maar in een mand met twee of meer 1e prijzen in het verband dat volgt op het verenigingsspel. Je zult schrikken hoe klein die mand is, ongeacht het aantal duiven dat men rond heeft lopen.
Kun je nagaan hoe klein die mand is wanneer je hier alleen de duiven met meer dan twee keer 1e prijs in het Rayon in moet steken. Zelfs de duiven met twee keer 1e in de afdeling kun je in heel Nederland en België gezamenlijk in één heel klein mandje houden, vrees ik. Hier zitten er in ieder geval geen.
De Rocket
Hetzelfde geldt natuurlijk voor 1e Asduiven, mij hoef je dus niets uit te leggen over topduiven. Ik heb er in mijn leven slechts één vastgehouden, dat was de Rocket van M. van Gastel uit Roosendaal. Vandaar dat ik daar heel graag jongen van wilde hebben. Ik heb er een hok mee opgebouwd die in tien generaties verder kweken.
De Rocket won meerdere 1e prijzen, werd 1e Asduif WHZB en was dat het jaar daarvoor ook geweest als hij was ingestuurd. De Rocket heeft Mike Ganus heel wat opgeleverd nadat hij hem kocht.