De vliegduiven zitten aan hun paratyfuskuur en worden er aansluitend tegen gevaccineerd met een dode entstof. In deze periode verzorg ik mijn duiven eenmaal daags en dat is met deze donkere dagen rond het middaguur.

De rui versnellen doe ik niet. Ik geloof ook niet in karnemelk of andere producten, dat heb ik jaren terug al getest en beschouw ik als verspilde moeite. Het voer is jaarrond hetzelfde, dus ook nu.

De rui is een natuurlijk proces dat vanzelf op gang komt. Bij verduisterde jonge duiven die intensief tot de laatste vlucht zijn gespeeld, komt de dek rui vaak tegen half oktober los. De vliegduiven worden zelden voor februari gekoppeld, dus hebben zij tijd genoeg. En of ze hun laatste pen wel of niet gooien, ook daar maak ik mij niet druk om.

Super Daisy bleef als jong op twee oude pennen staan en was als jaarling mijn beste op de dagfond en won op die pennen een 1e NPO van een loodzware Argenton. De 21e nationaal Agen won ik dit jaar met een laat jong dat op drie oude pennen stond.

Perfect ingeruide jonge duiven hebben als jong amper gevlogen en zijn vaak niet verduisterd, vandaar dat ik vroeger op de tentoonstellingen geen prijs kon behalen.

Ik ben geen fan van de ruiperiode en blijf zoveel mogelijk uit het hok met al die pluimen en dat stof.

De selectie op papier is reeds gemaakt. Er zijn nog 59 jonge duiven aanwezig die kans maken op volgend jaar, maar dat hangt af van de rui en in hoeverre ze de wintermaanden en slechtvalken overleven.

Ik heb negen jonge duivenvluchten gespeeld, daarvan wonnen er per tiental geselecteerd (in totaal 59 duiven):

  • 17 stuks 3x 1:10
  • 21 stuks 4x 1:10
  • 10 stuks 5x 1:10
  • 8 stuks 6x 1:10
  • 3 stuks 7x 1:10

 

Als ik ze per honderdtal zou selecteren (in totaal 49 duiven):

  • 27 stuks 1x 1:100
  • 14 stuks 2x 1:100
  • 7 stuks 3x 1:100
  • 1 stuks 4x 1:100

In Brabant 2000 kregen we gisteren om 14.00u te horen dat de vlucht werd afgelast op advies van het IWB, de instantie die het beter acht om laat te lossen met warm weer. Nu had ik woensdag besloten om mijn 20 beste jongen niet te spelen bij slecht weer, maar het zag er zowel op donderdag als vrijdag op zes verschillende weersites goed uit.

Kijk, buienlijnen zijn er altijd op de vlieglijn. De oude duiven zijn hier de eerste zes vluchten altijd met een nat pak thuisgekomen, dat maakt voor duiven helemaal niets uit. Dit jaar heb ik ze meermaals in de regen opgeleerd, maar ze waren vaak al voor mij thuis.

Het IWB staat de duivensport steeds vaker in de weg. Mijns inziens zijn de meeste lossingsverantwoordelijken bekwaam genoeg om zelf beslissingen te nemen.

Geen vlucht, dus heb ik in het zonnetje de manden met de hogedrukreiniger gereinigd en de broedschotels in chloor gezet. De jaarlijkse grote schoonmaak is inmiddels begonnen.

Ik denk dat veel duivenmelkers de lat te hoog leggen voor zichzelf. Ze willen goed presteren, maar het ontbreekt aan de juiste inzet of kwaliteit. Laatstgenoemde is een kwestie van enkele jaren hard selecteren op gezondheid en kwaliteit. Je zal zien dat het dan met sprongen vooruitgaat.

Heb je maar twee goede duiven? Houd er dan twee, zo simpel is het. Duiven die het niet kunnen – en dat zijn er heel veel, hoe mooi ze ook zijn of hoe aangekleed hun stamboom ook is – moet je gewoon verwijderen.

Steek je aandacht alleen in goede duiven en staar je niet blind op duivenmelkers die met massa’s duiven spelen. Als het met veel duiven mee slecht gaat, gaat het ook heel erg slecht. Zij zijn een hoop vrachtgeld kwijt en wat te denken van voerkosten, medicatie etc.

Zoek het ook niet in dagelijks van alles in de drinkpot doen of elke dag een andere afgemeten mengeling geven. Weggegooid geld en moeite. Elk jaar de hokken uitbreken is niet nodig, de meeste slechte hokken zijn gewoon te dichtbevolkt of slecht verlucht. Nee, het zit ‘m in simpele dingen zoals goede duiven en een goede verzorging en niet in meer duiven aanhouden dan zij die het waard zijn en wat je zelf aankan.

Duiven die individueel ziek worden gaan er hier direct uit. Nu na het seizoen zet ik de duiven zo kort mogelijk bij de natuur, dat wil zeggen zoveel mogelijk vrijheid en zuurstof. Verder genoeg voer, want ik houd niet van karig gehouden duiven. Ze hebben de bouwstoffen in de winter het hardst nodig.

Hier worden ze in de herfst en winter eenmaal daags gevoerd. Volop, maar alles moet wel worden opgegeten, anders komt er ongedierte op het hok af. Kortom, houd het simpel en zoek het niet waar het niet is.

Het is een vervelend jaar, maar wel mooi dat we alsnog konden vliegen. Als je goed speelt krijg je vaak de wind van voren en dat staat me steeds meer tegen. De meeste weten niet wat je ervoor doet en laat, maar toch vellen ze een oordeel.

De eerste kampioenschappen zijn bekend. Ik beperk me tot Brabant 2000, op de nationale en WHZB na het hoogst haalbare podium. Hier werden we op de midfond 4e hokkampioen onaangewezen, 2e hokkampioen aangewezen en 2e Asduif. Op de dagfond 1e hokkampioen onaangewezen, 4e hokkampioen aangewezen en 3e, 11e, 17e, 39e en 49e Asduif.

Bij de jonge duiven 1e hokkampioen onaangewezen, 11e hokkampioen aangewezen en 2e, 3e, 9e, 10e, 19e, 25e, 28e, 29e, 31e, 33e, 39e en 43e Asduif. Tel hier de 1e NPO La Souterraine bij op alsmede de knaluitslagen op die La Souterraine en Châteaudun en vele andere.

Op de ZLU werden we van de twee gespeelde vluchten eenmaal 1e in het NIC Hoogerheide en 21e nationaal, dus een ZLU vaasje.

Er wordt hier louter uit duiven met een topafstamming gekweekt waarbij één ouder vaak extreem goed heeft gepresteerd en de ander uit een topper komt. Maar let wel, ook dan wordt er nog heel wat slechts gekweekt.

Desondanks werd dit een kweekjaar zoals 2017 met 25 jonge duiven die er hoog bovenuit staken. Sommige wonnen 4x 1:100. Ik heb er 190 geringd, op dit moment zitten er nog 85 waarvan er 60 prima voldeden.

Maar zoals altijd moet je beslissen wie blijft en wie gaat. Volgend jaar ring ik er 175, iets minder dus. Verder geen ZLU-jongen meer. De overnachtduiven die hier nog zitten mogen zich bewijzen, maar ik kan nu eenmaal niet alles spelen.