Een nieuw seizoen

Een nieuw jaar biedt nieuwe kansen. Met de oude duiven is het afwachten, vooral wat de jaarlingen betreft.

Dit jaar besloot ik om met 10 kweekboxen en 20 voedsterkoppels alleen uit mijn beste duiven te kweken, dus 95% eigen soort. De vliegduiven werden eveneens als voedster gebruikt.

Van de 10 kweekdoffers zijn er acht jongen gespeend en die zijn nu aan hun derde duivin bezig. Straks zitten er dus 12 jongen van drie verschillende duivinnen.

De kwaliteit van de jongen die gespeend zitten, oogt super. Ik ben dan ook benieuwd naar wat het jonge duivenseizoen brengt. Dit jaar toch wat meer jongen dan gepland, want de vliegploeg moet volgend jaar bijna helemaal worden vervangen door jaarse duiven.

De duiven van 2020 hadden normaal al op de kweek gezeten, maar moeten wegens het gebrek aan betrouwbare jaarlingen nog een jaar de kar trekken. Natuurlijk kunnen de jaarlingen me nog verrassen. In ongeveer de helft daarvan zit 50% vreemd bloed.

Ik heb deze op vertrouwen doorgehouden en wacht af welke prijs ik daarvoor moet betalen. De in mijn ogen minste duiven zijn onderling aan elkaar gekoppeld. Na zo’n vijf vluchten kunnen veel koppels dus al weg zijn.

De jonge duiven die afgelopen jaar voor de top 10 NPO plaatsen zorgden, zijn 95% eigen bloed. Zij zullen het dus vast wel weer oppakken.

Ik ben een realist en zeer kritisch op de eigen duiven. Bij de jonge duiven pakte ik vorig jaar altijd wel één of twee vroege, maar daarna moest ik wachten.

Met een goede kweek en een stam duiven die aan elkaar verwant is, moeten ze arriveren zoals voorheen, oftewel in een groep met een hoog prijspercentage 1:10. Reken maar dat ik daar dit jaar aan ga werken.