07 nov Wie bepaalt het spel?
Voeding en voorbereiding
De kwekers krijgen vanaf nu wat minder te eten, maar de vliegers krijgen nog volop. Ik wil geen tekorten wanneer de duiven vol in de rui zitten. Daarom krijgen ze dagelijks Origanum Red en Champions Mineralenmix — die overigens voor een groot deel uit roodsteen bestaat, wat erg goed is voor de duiven.
Over enquêtes en eerlijkheid
Dan nog even over die enquête — ik vind het ronduit belachelijk. Elke enquête is te beïnvloeden. Je zet er een keuzemenu in dat alleen maar in je eigen voordeel uitpakt. Bovendien is een groot deel van de duivenliefhebbers niet opgegroeid met computers.
Wat mij betreft had men in de verenigingen papieren formulieren moeten uitdelen, voorzien van persoonlijke lidnummers. En je zou alleen mogen stemmen over het spel dat je zelf speelt. Dus een vitesse-speler stemt niet over het overnachtspel, en andersom. Nu zitten er overal in besturen overnachtspelers — sommigen zijn coulant naar andere disciplines, maar anderen preken vooral voor eigen parochie.
Wat men daarbij vergeet: we kunnen niet zonder elkaar. Als we willen dat de duivensport toekomst heeft, moeten we elkaar ook iets gunnen.
De jeugd, verliezen en respect voor verschillen
Onlangs sprak ik hier nog een jonge liefhebber die geweldig presteert met de jonge duiven. Door werk en gezin kan hij alleen met jongen spelen — in het voorjaar is het immers al donker als hij thuiskomt, zeker met de files van tegenwoordig. Door het nieuwe conceptprogramma denkt hij er serieus over na om te stoppen. Als we zulke leden van amper 30 jaar al verliezen, luiden we het einde van de sport zelf in.
En dan nog die onzin om €100.000,- te besteden aan onderzoek naar verliezen bij jonge duiven. Iedereen weet inmiddels dat die verliezen vooral in het begin van het opleertraject plaatsvinden. Zodra het spel op gang is, verliest men amper nog duiven — ook niet op 400 km. Dat was vroeger al zo, en dat is nu, vijftig jaar later, nog steeds zo.
Over sommige ZLU-vluchten van de afgelopen tien jaar, waarbij een week later nog amper prijzen verdiend zijn, hoor je niemand. Maar voor mij geldt: ieder zijn spel. Al zet men twintig meerdaagse vluchten op het programma — ik doe daar toch niet aan mee.
Gelukkig denken we niet allemaal hetzelfde. Ik ken genoeg meerdaagse fondspelers die er net zo over denken als ik. Die houden zich bezig met hun eigen spel, zonder een mening te hebben over het plezier van een ander. En zo hoort het ook.