De jonge duiven krijgen a.s. zaterdag hun paratyfusenting en een chip om. De week erop start hun opleidingsprogramma, zoals gezegd met grote stappen. Ik heb er nog genoeg, dus het is niet erg als er enkele afvallen.

Deze week heb ik al best wat vreemde jongen binnen gehad met een chip om, wat betekent dat veel liefhebbers al begonnen zijn met opleren.

De oude duiven gaan naar Toury (420 km). De week erop gaan er twaalf richting Châteauroux (570 km).

Ik start dit jaar voorzichtig op de dagfond, omdat de groep enkel uit jaarlingen bestaat. De betere jaarlingen wil ik bewaren voor de laatste twee dagfondvluchten. Zij blijven voorlopig nog op de midfond.

Momenteel speel ik hoofdzakelijk met duivinnen en nog tien doffers. Vanaf volgend jaar is dat waarschijnlijk alleen nog met duivinnen, zodat ik wat meer rust en tijd krijg voor andere dingen.

Ook ik word een jaartje ouder en mijn lichaam laat het te vaak afweten. Daarom is het tijd om wat af te schalen en rustiger aan te doen. De wil om te winnen zal echter nooit verdwijnen. Die motiveert mij om het dagelijkse werk te blijven verzetten.

Dit jaar verloopt vervelend door mijn arm- en rugklachten, maar gelukkig word ik met het dragen van de manden altijd goed geholpen.

De eerste sectorvlucht werd een prooi voor Zeeland. De gebr. van Belzen wonnen daar 4-9-56 tegen 20.366 duiven. Dit zijn alle drie 100% Embregts-Theunis duiven. Hun eerste is een kleinkind van Pure Gold en hun tweede een kleinkind van Turbo Millennium.

Zelf begon ik tegen 11.751 duiven met de 4e en 9e prijs. In totaal vielen 42 van de 48 duiven in de prijzen.

Het lijkt erop dat de wind in de noordoosthoek blijft hangen, dus de duiven krijgen het niet voor niets. Mijn duiven (alsook die van de gebr. van Belzen) hebben op maandag, dinsdag, woensdag en donderdag dan ook een Octavit capsule gekregen, zodat ze niet aan energie interen. De vluchten worden tenslotte zwaarder en de duiven hebben ook nog de warmte tegen.

Aanstaande zaterdag vliegen wij Melun (355 km). De duiven zijn gisteren ingekorfd, dus vanavond lekker vrij. Zo zou het eigenlijk altijd moeten zijn; op één avond de dag- én midfond inkorven. Hiermee zou je alle helpers en onze partners een groot plezier doen.

Ik heb 36 duivinnen en 12 doffers meegegeven. Waarschijnlijk staat er een oostenwind en worden we samen met Zeeland gelost. De eerste duiven verwacht ik dan aan de kust en zo langzaamaan oostwaarts de afdeling in. Hier leggen we het normaal gesproken af tegen Rayon 1, al vallen er dit jaar overal in de afdeling vroege duiven, ondanks de overwegend oostenwind.

Mijn jonge duiven beginnen over 2 weken aan hun opleerprogramma en dat gaat hier zoals vroeger in grote stappen van 5-10-15-20-25-30 km. Verder dan 30 km komen ze niet. Ik heb een slechte rug, dus al die duiven in de mand stoppen om ze vervolgens aan het einde van de straat los te laten, laat ik liever aan een ander over.

Afgelopen week was hier sprake van een lichte adeno uitbraak, waardoor enkele jongen zijn verwijderd. Dit volgt meestal na de pokkenenting met het kwastje. Toch heb ik liever dat dan elk jaar de duiven opnieuw in de nek te moeten vaccineren. Met het kwastje is dit maar 1x in hun leven nodig.

Het ging maar om enkele duiven, dus ging ik ‘s ochtends met het zaklicht het hok in en heb ik de zieken geruimd. Uit ervaring weet ik immers dat duiven die ernstig adeno krijgen en hiervan genezen, toch nooit goede worden.

De betere duiven zitten haast altijd in hun zondagspak en lijken zelden iets te mankeren. De duiven die daar net onder hangen lijken het vaker moeilijk te hebben na een vlucht die minder verliep.

Uiteindelijk draait het maar om een handjevol goede duiven, dus waarom moeite steken in een jong dat iets mankeert? De kans dat het een goede wordt is minimaal, daarom hou ik het liever bij de vitaalste exemplaren.

Over ruim een week krijgen ze hun paratyfusenting. Alle duiven die dan niet mooi rond staan, worden verwijderd. Ze krijgen volop eten en zijn oud genoeg. Ik hou niet van die diepe en magere duiven.

Zo kweek ik ook elk jaar een ploeg zomerjongen voor enkele liefhebbers, veilingen of om het eigen kweekhok op peil te houden. Zo’n 25% daarvan selecteer ik vooraf uit, zonder te kijken naar afstamming. Waar ik niets in zie, daarmee zadel ik ook een ander niet op.

Het gaat sneller dan we denken, met de eerste midfond NPO-vlucht alweer achter de rug. Ik was wel tevreden. Tegen 12.648 duiven werd het 18-20-22-29 met 53 duiven mee, waarvan 40 in de prijzen. Toch heb ik bij de helft van de doffers hun chip afgedaan.

Hieronder enkele referenties die nog binnenkwamen:

Ben Aarts won in Brabant 2000 de 1e in het rayon en de 5e NPO met een kleindochter van Super Rossi.

Stef Bals won de 10e NPO in Brabant 2000, ook in deze duif komt Super Rossi terug.

Auke van der Deen won de 6e NPO In Oost-Brabant met een 50% Embregts-Theunis duif. Diezelfde duif won vorig jaar de 12e NPO Issoudun.

In Polen won Pawel Medrysa een week eerder de 1e, 3e en 5e tegen 5.495 duiven, allen kleinkinderen van Pure Gold. Deze week won dezelfde duif bij Pawel de 1e tegen 5.453 duiven.

Dagelijks ontvang ik best veel vragen, waaronder:

  1. Eén of twee keer per dag trainen?

Hier trainen alle duiven slechts 1x per dag.

  1. Gooien mijn jongen ook pennen, ondanks het verduisteren?

Ja, die gooien hier ook pennen. Aan de prestaties merk ik echter weinig verschil tussen duiven die een halve vleugel hebben geruid en duiven waar niet één pen uit is. Daarbij houden ze hun dekveren gewoon vast als ze verduisterd worden, ook al ruien ze zeven pennen.

  1. Toon ik de duiven?

Nee, belonen voor de vlucht doe ik niet. Wel bij thuiskomst, dan blijven ze tot de dag erna samen.

  1. Komen mijn doffers ook slechter naar huis?

Ja, dat geldt voor iedereen die totaal weduwschap speelt. In de maanden mei, juni en juli beginnen die doorgaans wel wat beter te komen, nagenoeg gelijk aan de duivinnen.

  1. Heb ik wel eens stro op de hokken gehad?

Ja, vroeger tijdens de winterkweek, maar inmiddels niet meer. Veel vitesse- en midfondspelers doen bij hun weduwnaars nog stro op de vlieghokken, om de warmte vast te houden. Zelf vind ik het een bende als je ziet hoeveel ongedierte eronder zit. Denk aan muizen, luizen en bloedluizen. Ik moet dat allemaal niet.

Vorig jaar heb ik hout-/beukensnippers geprobeerd en ook daar schrok ik van wat eronder kroop aan klein ongedierte. Vandaag de dag heb ik niets meer op de bodem liggen. Ik maak die elke dag even schoon en strooi er vervolgens een dun laagje schelpenzand op. Dit bevalt me nog het best.