We zullen doorgaan

Het leek ons vanochtend (donderdag) een goed idee om met de jonge duiven op pad te gaan. Eenmaal onderweg naar de losplaats stonden de ruitenwissers niet stil. Mijn overbuur – die ze wegbracht – belde dat het op de losplaats ook nog stond te miezeren.

Ik zei: “Als het zicht open is, los je ze maar op 20 km”. De duiven vertrokken goed en kwamen in de regen allemaal weer thuis. Zoals gezegd heb ik meer schrik van zon dan van regen. Daarbij krijgen ze tijdens de wedvluchten natuurlijk ook gewoon met buien te maken.

Iemand vroeg of de duiven die maandag thuiskwamen nu weer de mand in gaan. Ja, hier gaat alles gewoon weer mee. In het verleden hield ik ze na zo’n lang weekend wel eens thuis en dat beviel eigenlijk altijd slecht. In een week als deze komen ze aan huis bijna niet los. Trainen doen ze in deze fase van het seizoen maar op de vluchten.

Ook ik raak elke week duiven kwijt en zeker niet altijd de minste. Dat is duivensport; we moeten het doen met degene die overblijven. Deze week bracht de dierenambulance er nog eentje thuis, een organisatie waar ik veel respect voor heb. Ze was tegen de draden gevlogen met flink wat letsel als gevolg. Zo sneuvelen met die harde wind van afgelopen weekend heel wat van onze duiven.