Selecteren blijft moeilijk

Wat te behouden en wat te verwijderen, die keuze is elk jaar weer erg moeilijk. Vroeger selecteerde ik puur op basis van prestaties, maar doordat de jonge duivenvluchten de laatste jaren steeds korter en gemakkelijker zijn geworden, is dat lang niet zo eenvoudig meer.

Bij de oude duiven blijven de prestaties leidend, maar bij de jonge duiven ben ik noodgedwongen milder geworden en laat ik me meer leiden door intuïtie. Ook dit jaar behoorden enkele jaarlingen tot mijn beste oude duiven, die er als jong niets van bakten.

Daarentegen vielen er dit jaar ook veel jaarlingen af wegens een gebrek aan ervaring. Van amper 250 km met een kopwind bleven ze weg. Niet omdat ze iets mankeerden. Integendeel, mijn oude duiven waren super in orde, de prestaties bewijzen dat. Zij hebben als jong gewoon niet genoeg ervaring kunnen opdoen.

Als je jonge duiven niet boven de 350 km laat vliegen wegens allerlei instanties, dan moet je ook geen jaarlingen toestaan op vluchten boven de 800 km. Anders meet je met twee maten en dat is niet te verkopen aan leden die graag met jonge duiven spelen.

Er zijn plaatsen in Nederland waar men tot medio / eind oktober met duiven speelt. Ook dat vind ik niet eerlijk, want meerdere afdelingen bieden die gelegenheid niet.

Zo is het ook erg moeilijk om met net aangeschafte duiven voor de kweek iets te verwachten. Meermaals ondervond ik dat die het eerste jaar amper iets bruikbaars gaven, maar het jaar erop waren hun nazaten beter.

Ook heb ik meerdere prestatieduiven naar de kweek gedaan die super hadden gevlogen, maar pas na enkele jaren op de kweek iets goeds gingen geven. Zelfs in de eerste generatie gaven sommige niets, maar in de tweede generatie – de kleinkinderen – dus wel. Dus ja, heb je een beetje feeling nodig of misschien toch geluk?

Dit jaar won ik erg veel vluchten. Op sommige zeer belangrijke vluchten stond ik weliswaar op het podium, maar niet op de plek waar ik had willen staan. Ook daar heb je net dat beetje geluk bij nodig.

Zo won ik de eerste 7 prijzen van een Grand Prix vlucht tegen 8.400 duiven met de wind vanachter. Tien duiven kwamen tegelijkertijd uit de achtergrond. Normaal kun je het dan wel schudden op de voorgrond, maar ditmaal had ik het geluk aan mijn zijde.

Mijn 1e en 2e vielen haast tegelijk (2 seconde verschil) op de plank. Mijn favoriet (een halfzus van Pure Gold 1e Asduif WHZB) die enkele weken daarvoor de 1e in de afdeling won tegen 12.000 duiven, strandde op de 2e plek. De 1e prijswinnaar was een toevalstreffer en werd de week erna verspeeld. Toen dus geen geluk. Duiven die als jong 2x de 1e prijs in de afdeling winnen zijn zeldzaam en gaan gelijk naar de kweek, maar nu moet ze nog een jaartje door en als jaarling alle gevaren trotseren.