Open doos systeem

Eén van de dingen waar ik mij totaal niet mee bezighoud is de verluchting. Bij anderen leeft dit wel enorm, getuige de mails die ik hierover dagelijks ontvang.

Bij mijn vliegduiven staat zowel de voorzijde als het plafond 50% open aan de voorkant. Krijg ik dan geen trek in het hok? Ik vind dat er sowieso wat trek in het hok moet zitten om alles droog en fris te houden. Boven de bakken waar de duiven zitten, is het plafond een meter dicht.

Het is een kwestie van afharden en je duiven laten wennen. Daar start je het beste in het najaar mee. Dus, als het buiten droog is: alles open. De plafonds sluit ik slechts enkele keren per jaar, namelijk wanneer ik het hok uitrook.

In tegenstelling tot wij mensen zijn duiven geen watjes. Zoals ik wel vaker zeg: je leert veel van een goede duif. Die presteert gewoon terwijl zijn hokgenoten dat in dezelfde omstandigheid niet doen.

De mails over foto’s sturen of op hokbezoek komen beantwoord ik bij deze met: dat gaat niet. Ik ga uit veiligheidsoverwegingen niet met mensen die ik niet ken naar de duiven of hokken.

Verzorging ruiperiode

Verder eten ze nu eenmaal per dag en staan er geen potjes met grit, mineralen o.i.d. op het hok. Mijn duiven krijgen elke dag de basismengeling met daaroverheen Champions Mineralenmix, Origanum Red en tweemaal per week Prestavit. Dit is voldoende om het de duiven naar hun zin te maken en ze te voorzien van een mooi, nieuw maatpak. Goed is goed en overdaad schaadt. Zoals ik zo vaak zeg: houd het simpel!

Tricho

Bij duivenmelkers die elke twee weken een trichopil aan hun duiven geven, kan je het beste geen duiven halen. Dit is ook iets wat ik door ervaring geleerd heb. Duiven herstellen vanzelf van een lichte trichobesmetting, het is alleen oppassen wanneer ze die hebben in zware omstandigheden, zoals de rui. Vandaar dat ze bij mij de trichopil in het ruiseizoen krijgen.

De kweekduiven krijgen dus eens per jaar zo’n pil, de vliegduiven eentje extra wanneer tricho geconstateerd wordt in het vliegseizoen. Enkel wanneer dat écht nodig is, trouwens. Ooit gaf ik de jongen bij het spenen nog een trichopil, maar daar ben ik jaren geleden mee gestopt.

Mijn jonge duiven moeten zichzelf tot vier weken voor het vliegseizoen gezond zien te houden, want dan laat ik een controle uitvoeren. Ik moet daar wel bij vermelden dat er geen enkel jong van een ander hok bijkomt in de lichting jonge duiven.

Paratyfus

Dierenartsen die over paratyphus, rota of adeno-coli roepen “laat maar uitzieken”, zouden hun praktijk moeten sluiten. Ik had in 2011-2012 een fikse paratyfusbesmetting die ik niet onder de knie kreeg, omdat geen enkele dierenarts raad wist. Eentje zei zelfs: “Ruim alles maar op en laat de hokken leegstaan.” Die man heb ik nadien nooit meer bezocht of serieus genomen.

Wat ik wel deed is alle zichtbaar aangetaste duiven opruimen, ongeacht prestaties. Vervolgens een dubbele kuur, namelijk 21 dagen van Van der Sluis en een 10-daagse Enroshort kuur op aanraden van Gijsbrechts met een enting met een levende entstof Zoosal T.

De resterende duiven knapten hiervan op, de prestaties kwamen terug en nadien heb ik geen paratyfus meer gehad. Elk najaar krijgen ze preventief een afgewisselde kuur van 10 à 14 dagen en een enting met een dode entstof.

Eens in de 3 jaar is dat tien dagen Baytril (liefhebbers die dat elk jaar doen spelen met vuur). Duiven die in de winter iets mankeren wat op paratyfus lijkt, zoals vermageren, blind of kreupel worden of coliachtige verschijnselen, worden meteen geruimd. Gelukkig is dat in de afgelopen 10 jaar niet meer voorgekomen.